op natte planken – pallas van huizen

Het is dat ik je ken of eerder gezegd denk te kennen.­
Ik was dichtbij, heel dichtbij.­
Jij ver weg, heel ver weg.­
We konden elkaar aanraken,
maar niet bereiken.­

De weg kwijt.­ Er was geen jij in deze wereld.­
Kromme tenen en ik weet dat ik weer eens zoekende was,
diep in het rood ondergedoken bij de gratie van 10 euro.­

Daar zaten we dan in onze indianentent.­
Geen woord gezegd, broodnuchter, lege en lage wolken
en we filmden de toekomst in onze frontale hersenkwab,
door onze maag, langs het ruggenmerg,
in een adem naar buiten.­

Blind voor het leven nu we de tunnel zien komen,
lichtje voor lichtje,
een voetstap verder weg en dichterbij.­

De dood ruik je hier op een afstandje.­

Reageer