elke dag wrijf ik op mijn handen
werk hard en luister naar de stilte
ik ben je aan het verliezen
of ik ben je al kwijt
ik zie dat je daar gelukkig bent
wat moet ik dan verder nog?
dat wat wij nog hadden
of nodig hebben
het is aan het verdwijnen
niet van binnen
niet van binnen
maar van buiten
we zien elkaar niet meer
praten niet meer
teren op herinneringen
op iets dat was
zweven ondertussen in een eigen leven
geen dag dat ik niet aan je denk
het leven, het leven
de dood, een eigen leven
mijn hart, ik mis je
ik denk niet
dat het ooit nog went
Resultaten voor het trefwoord maar
In de kern houden ze van je,
op je schouders kijken ze mee,
je overleden vrienden, voorouders, geliefden,
ze zien dat je niet feilloos bent,
dat je soms fouten maakt,
ze voelen het, ze weten het best,
maar dat geeft niet,
dat geeft echt niet,
oordelen doen ze niet,
nee, dat laten ze over
aan de rest.
Dat mensen individueel soms fouten maken, misdrijven begaan, dat zal er altijd zijn, maar eigenlijk hoeft er nog maar één echte oorlog uitgevochten te worden. De oorlog waarbij het volk alle dodelijke wapens van de macht afpakt en vernietigd.
Daarna pas zal er eindelijk echte vrede zijn.
Betreft: Verbod op het nemen van waardigheid.
Uitkleden met de ogen.
Steken onder water.
Praten achter de rug.
Vloeken, intimidatie.
Vuil praten, vreemdgaan, schofferen.
Haat zaaien.
Een onbehagelijk gevoel.
Dat,
dat zou allemaal verboden moeten worden,
maar dat kan nu nog niet,
want we leven in een zogenaamd vrij land.
Jammermannen rammen
storm dronken winter worst
in mijn apparaat
maar ja, ik droom
oranje bitter perzik naakt
van geur nacht sap
vrij dan vogel
land aan schoonheid
lust je
geen prachtpaar waar
ik melk uit schenk
kus jouw licht spel
met je blik
op mijn roodborst
toe lik deze roos van vlees
spuit mijn verdriet mooi vol
kaap haar, zeg maar
slaap blauwoogje
Deze voorstelling is een portret van een snoeshaan
Een man die ik herken
maar toch, weer vergeten
Klein
van zijn stuk zit hij verstopt
achter zijn snaren
Hij beroert ze zacht en mij
laat hij achter met open jas en ongekamd
Het was vroeger, hij zong
te vroeg
leed zijn leven
en dronk zijn ruggengraat waterpas
In een krant stond zijn dood geschreven
Hij viel eindelijk samen
Met een schaduw in zijn schoen verzon hij mij
met een zoon en man en het rode fietsje in de gang
de kou verdreven, woest
hakkend op diepe roerselen
en oude spinselen, tot
spaanders wat vergeten
moet, het haardvuur in,
maar al te snel als Feniks
weer herrezen
Betreft: Afwijkende denkwijze wat betreft de acceptatie van homoseksualiteit ten opzichte van hoe er over geschreven wordt in de Thora, Bijbel en Koran
Arme mensen,
Ongelovigen zullen mij geloven,
gelovigen zullen mij niet geloven,
seks en intimiteit is natuurlijk privé,
ook als je heteroseksueel bent
tolerantie dwing je niet af,
maar het lot,
daar waar we allemaal zo bang zijn voor het oordeel
bang voor liefde die je niet kent
diepgewortelde haat tegen alles wat anders is
omdat je denkt
dit kan echt niet
maar laat me u dit vragen:
wat is er mis met mensen die van elkaar houden?
elkaars hand vast willen houden?
ook al zijn ze van hetzelfde geslacht?
wat is er mis met mensen die elkaar willen zoenen?
ook al is het niet wat je verwacht?
Sodom en Gomorrah, Europa en Amerika?
Het prediken van haat, zelfs tegen homo’s
is louter kwaad
laat elkaar in zijn of haar waarde
en laat elkaar gewoon eigen keuzes maken.
Het maakt helemaal niets uit wie of wat je bent
als je maar jezelf kan zijn
vooral thuis en in het openbaar
waar iedereen je kent.
*** Gedicht, gids naar aanleiding van wat ik op wikipedia las over profeet ‘Lut’
Lut
Lut (lees: Loet) (Arabisch: ) is in de islam een profeet en boodschapper die door God werd gezonden naar de bevolking van Sodom. Lut is één van de profeten wiens naam in de Koran voorkomt. Hij is in het jodendom en christendom bekend als Lot.
De profeet Lut is volgens de islamitische traditie de zoon van Haran, de broer van de boodschapper ibrahim. Nadat Lut samen met Ibrahim uit het land van Nemrut naar Damascus emigreerde, werd hij door God voor de bevolking van Sodom als profeet gezonden. Hij verkondigde aan de mensen daar het geloof van de boodschapper Ibrahim. De bevolking van Sodom was ver verwijderd van geloof en moraliteit en de mannelijke bevolking pleegde openlijk homoseksualiteit. De Koran maakt duidelijk dat Lut de bevolking meerdere malen opriep om naar de geboden van God te leven en een einde te maken aan homoseksuele handelingen. Hij werd hierop bedreigd met ballingschap uit Sodom. Hierdoor verdienden zij de toorn van God. Gods boodschappers Gabriël, Michaël en Uriël kwamen in de gedaante van drie jonge mannen naar Ibrahim toe en deelden hem het nieuws mee dat zij de bevolking van Sodom zouden gaan vernietigen, maar dat zij Lut en de gelovigen zouden redden. Ook verkondigden zij aan hem de geboorte van zijn tweede zoon, die Ishaq zou gaan heten. Nadat de engelen Ibrahim hierna hadden verlaten kwamen zij naar Lut. Toen de bevolking hiervan wist, kwamen zij naar het huis van Lut en vroegen aan hem om de drie jonge mannen aan hen over te leveren. Nadat de drie jonge mannen de machteloosheid van Lut tegenover de bevolking waarnamen, maakten zij hem duidelijk dat zij Gods engelen waren en dat hij zich niet over zichzelf zorgen hoefde te maken omdat zijn volk hem niks kon doen en de volgende ochtend vernietigd zou worden, waaronder zijn ongelovige vrouw. De volgende ochtend werd de bevolking van Sodom samen met de stad volledig vernietigd. De stad werd op zijn kop gezet en werd vanuit de hemel bestookt met stenen.
Na de vernietiging van zijn volk werd Lut samen met zijn volgelingen door God naar de Hidjaz gestuurd. Tot zijn dood zou hij daar blijven.
Volgens een Hadith zou Mohammed hebben gezegd: Na mijn heengaan ben ik het meest bang dat mijn gemeenschap datgene (homoseksualiteit) zou gaan doen, hetgeen de bevolking van Sodom heeft gedaan.
NB. In het verhaal wat ik van Lut ken, zegt Lut tegen de bovennatuurlijke mensen (Zeus, Hera, Apollo, Artemis, Dionysus, Pallas Athene etc..) die denken dat ze de goden zijn, dat zij geen goden zijn en dat er maar 1 god is, in principe wat alle profeten zeggen dus en wat ik ook zo ervaar, het verhaal vertelt dat die bovennatuurlijke mensen allemaal in een kasteel op een berg zaten en dat zij en dat kasteel na een oorlog met Lut vernietigd zijn door god. Wat volgens de vertelling het bewijs zou moeten zijn dat er maar 1 god is. Een heel ander verhaal dus dan wat er op Wikipedia geschreven staat.
in de pauze van het concert
slenter ik door het gangpad
een stem achter mij mag ik even passeren
met een “pardon” doe ik een stap opzij
de niet onaantrekkelijke man (leeftijdgenoot
of een fractie ouder) zegt
u liep zo charmant midden op de rode loper
eerder schreef ik iets dergelijks
maar dan als fictie nu waar gebeurd
maar déze korte “ontmoeting” heeft geen vervolg
Ik sluikstort mijn laatste opgezette haas in de tuin van mijn vroegere orthodontist
Mijn tanden zijn nog steeds lelijk maar de orthodontist is gepensioneerd
Na de sluikstorting breng ik een bezoek aan de necrofiele tegelzetter
Hij ligt op de sofa met een gebroken arm, op het gips staan acht trollen in viltstift,
Zeven karpers, en een verkeerd begrepen citaat van een dode Sovjettoneelschrijver.
Ik vraag: ‘Mag ik boven mijn teennagels knippen?’
Het mag, in de badkamer denk ik plots aan de robuuste kreeftenkweker
Die ik gisteren zo onbarmhartig heb afgewezen, hij wilde mijn fiets lenen
Ik verdrijf de gedachte en haal mijn nagelschaartje uit mijn kinderachtige rugzak
Ik knip enkel de teennagels van mijn linkervoet, ze zijn licht, licht als betekenisloze klavers.
Terug beneden warm ik rijstpap op voor de necrofiele tegelzetter
Ik strooi mijn vijf afgeknipte nagels in het pruttelende potje
De rijstpap brandt aan en de tegelzetter vraagt waarom
Ik geen avondcursus paardengebitverzorging volg
Hij denkt dat mijn moeder een manege uitbaat, hij denkt dat ik haar kan opvolgen.
Ik kieper de rijstpap in de vuilbak en geef de necrofiele tegelzetter een chocoladen letter
De ‘S’ van stakker, van staking, van stang, van slang, van slag, van sepsis, van sorry
Maar toch vooral de ‘S’ van mijn moeders voornaam, mijn meest onafhankelijke opvoeder
De necrofiele tegelzetter slokt de letter naar binnen
En zegt: ‘Nu moet je weggaan; ik wil niet dat je hier bent wanneer mijn poetsvrouw komt.’
Terug thuis blader ik in het zwangerschapstijdschrift
Dat ik vorige maand heb gekregen van mijn muze
Het was geen wreedheid, hij dacht echt dat het eindelijk gelukt was
De meest fotogenieke baby komt uit Lichtervelde, ik zal hem niet ontvoeren.
Recente reacties