Resultaten voor het trefwoord handen

hazenpad – iniduo

er lag iets in de lijn der verwachting
op de weg die bestemmingen verbindt

ik zag eerst niet goed wat het was
het bleek zo te zijn, zoals ik altijd al dacht

mijn verbeelding trekt in cirkels rond de polen
door een onbeantwoorde weg gescheiden

van de plek die lichtjaren voortduurt
van het continent dat verlangen voortstuwt

met aarden handen moet ik mijn akker doorploegen,
glooiende velden ontgronden, onomwonden

om langs wederkerende wegen te ontkomen
te verdampen tot een onzichtbaar elders

in de verte, met samengeknepen wimpers,
lijkt of alles zo heeft moeten zijn

homo sapiens – hanny van alphen

De mens is het slijk
dat uit zijn handen gleed
toen hij nietsvermoedend de maan verplaatste
de grote beer verwekte en water bij de vissen deed
terwijl een moddersculptuur zijn armen strekte.

jij – jacob van schaijk

jij kunt dansen als een zwaan
die sterft in een meer, met blote
handen water uit de rotsen slaan
en naar de hemel klimmen langs
het scherpste prikkeldraad

op je weg liggen rode druppels
die vielen uit je ogen toen je
me aankeek zonder het te weten
je handen groeven in mijn lijf
ik schreeuwde van geboorte

als ik met houtskool een
opzet maak voor je portret
hoor ik het dichtslaan van een deur
ik weet niet of je gaat of komt
niet of je werkelijk bestaat

boekenlegger – jan bontje

het is stil
de straat klimt omhoog
en kust de maan
in haar laatste kwartier

luxe boekenlegger
met ijzeren randen
waarop de tijd zich stukbijt

bloedrode rozen
pusvergeelde anjers
vervaagde vergeet-mij-nietjes
kleuren de hemelbedden
blauw
van kou & weeromstuit
staren kaalgeplukte
boomstronken
naar rodeorijdende cowboys
uit Hardinxveld-Giessendam
waar samengevouwde
handen zich
niet om de lokale schietschijf
bekommeren
die meelijwekkervroeg
is opgestaan
om huiswaarts om te keren

stijve harken
die het gras…
(alang alang)
:
het heeft geen zin
(schuift de boekenlegger in de Koffieveilingen)
zegt zij
en rekent af

opdoemen – martin b

haar adem mist

morgen trekt
de buitengesloten vogel
zijn strot open

maakt de maan
weer voor niks plaats

en sta ik dom te shaken
samen met wat
ineengedoken wolken

in mijn handen

* – bennie spekken

moeder opent de klep
steekt haar handen
in de buik van de kast

zoon zinkt Stones
in zijn hoofd
sherry-o sherry-o baby

vader de grote
afwezige
laat zijn krant zakken

de waarde van regenwormen – hanny van alphen

Je weet, ik ben niet het volgzaam kind
dat regenbogen tekent of poppetjes
die marcheren onder bewind. Anders dan jij
hecht ik geen waarde aan verzonnen vlinders
waarmee de ratio wordt weggeveegd.

Ik wil niet vastgeprikt in een glazen huis.
Geef mij maar aarde, dan maak ik vingers
vuil zoals het weerbarstig joch
dat maar wat aanmoddert en het gewicht
van regenwormen in z’n handen weegt.

op dinsdag schijn ik heilig – bert de kerpel

Toen ik vanmorgen wakker werd
Zag ik magische bonen met januskoppen
Terwijl ze rolden van goed naar kwaad
Jongleerde ik wat levens op mijn handen

Mijn voeten regen de bonen aaneen
Van kwaad naar goed maar meestal
Omgekeerd. Als ik een steek liet vallen
Deed ik dito met een leven. ’s Middags

At ik chili met pompoentaart, waste
Mijn handen in kinderchampagne en
Gaf de ketting aan de drinkers van
Morgen moet je dromen, slaap zacht.

het gedicht van o – maaike klaster

Voor Colin
 
 
Mijn zachtrode O
    zingt rondswingende roversliedjes.
Mijn O
    klinkt als scharlakenrood

en zeg je Sesam Opium,
    dan klapt ze langzaam open,
blozend.

Zo paait ze je met een keel van zijde,
    ademt ze falie uit.
Zo, Baba, zo mooi.

Als een dadel in je palm
    zacht tot de pit. Waar wacht je op?

Roffel als de kleine trom.
    Rimbom, Baba, rimbom bom bom.
Kom maar op met die trombone,

speel de toon van pimpernoot
    en doe het zonder handen. Ja,

raamkozijn omvat het oosten,
    toont ons purpergloren. Hoor.

Bolero dondert honingbliksem.
    Prismaspectrum!
En overal ozon. Ozon.