ochtend – mariken van de bovenkamp
Het was nog stil, de kuikens sliepen bij elkaar,
ze droomden niet van vossen of dat ze zouden
vliegen. Ze droomden niet maar sliepen.
Ik was wel wakker maar nog niet verzameld,
het haantje van de toren tolde in de wind,
ik wachtte. De klok sloeg vier, vijf, zes
voordat het meisjeskind, dat duivels kan beminnen,
mij terugbracht wat ik ’s nachts her en der vergat.
De kippen klaagden voer, nu kon de dag beginnen.
Geef een reactie