* – joost van gijzen

Hij voerde vogels in het park
Als vanzelf kwam ze naast hem staan
Met haar eigen brood – “Oh, oh, wat gaan
Ze weer tekeer”, zei hij, “Net of
Wij ze snoepjes brengen.” Kruimels, daar
Lokte hij ze mee; “Hoe heet je – Saar?
Kom, verderop zijn er nog meer.”

Reageer