boven mij spant blauw de kroon
de ondertoon een bloemenwei
mijn jeans is hemels
ik trek het groene t-shirt uit
de wind speelt nu opperhoofd
alles is wild en vredig
als vergedragen kindergeluid
in het verre westen troont
nog lang geen zon
boven mij spant blauw de kroon
de ondertoon een bloemenwei
mijn jeans is hemels
ik trek het groene t-shirt uit
de wind speelt nu opperhoofd
alles is wild en vredig
als vergedragen kindergeluid
in het verre westen troont
nog lang geen zon
Ze kwijlt iets over zon en maan
sleept sterren aan, en diamanten
flonkering. Ze morst wat dood
en diep verdriet en schuwt daarbij
de waarheid niet. De waarheid die
zo goed en groot door God
over de wereld uitgestrooid
wordt, fijne sneeuw die liggen
blijft. Ze maakt er ballen van,
een pop, beschrijft met zwarte
kool wat knopen, propt
een wortel in zijn wit
gezicht. Ze heeft een neus
voor dat soort zaken. Alles
wat ze raken kan gaat mis.
Maar iedereen roept
dat het prachtig is
omwille van de vrede.
Ja, mooi is dat toch
vrede. Stil en vredig
spelt ze s, n, e, e, u, w
alsof het kerstmis is.
Dan komt de dood
die eerlijk is,
trekt zijn pistool
en mist.
toen zij dement werd
begon ze te vloeken
ik moedigde haar aan
stopte steeds meer
kwartjes in de automaat
en alle aapjes dansten
ze is vredig gestorven
mijn moeder
Recente reacties