een man aan wie ik de weg vroeg
kwam met een voorbeeld
– ongevraagd
nu ben ik nog steeds onbedeeld
het kan raar lopen
langzaam te verdrinken in drijfangst
nog maar eens vragen dan?
de weg die krult is toch het langst
verderop zie ik de anderen dolen
hun adem doet echo’s uithollen
nog overmand door de slaap van gisteren
met hoofden die halsstarrig knikkebollen
ook ik droom wel eens
van hekken en wallen doorzagen
op onbewaakte overgangen
als gedrukte woordwaarden vervagen
en ik ken de naam van het uur niet
betwijfel inderdaad het nut van alweten
ook zij tasten in het duister
laat maar even zweten
nu het hoge woord eruit is
heeft het weinig zin te blijven hopen
en als ik eraan terugdenk
is het al met al raar gelopen
Recente reacties