hij stierf
dik in de zeventig
met een glimlach
in zijn stoel
onnozele hansje
net vier
verdronk die dag
in de sloot
dus zwijg maar liever over
hemelse gerechtigheid
hij stierf
dik in de zeventig
met een glimlach
in zijn stoel
onnozele hansje
net vier
verdronk die dag
in de sloot
dus zwijg maar liever over
hemelse gerechtigheid
Aan Colin Benders
Lieve Colin, mooie man,
breekbare, Japanse wedstrijdvlieger van me, ik weet hoeveel engelen er huilen
om wat ik net hardop in gedachten heb gezegd: Als er de rest van mijn leven
geen mens meer naar mij omkijkt, niemand mij ooit nog in de ogen zal kijken
vanwege het mededogen dat daarin verborgen ligt, dan zal ik tot het eind der
tijden vrolijk doorgaan, want ik heb jou om naar te luisteren.
Luister niet naar die sinistere geesten; spring niet uit dat raam richting een
moordende straat; klim liever langs die ladder van vroeger omhoog naar de
maan, pak jouw megafoon erbij, die hemelse toeter van je, en blaas ons naar
de sterren.
Ik weet waar ik het over heb, hoor. Ze stonden zich ook in mijn huis te
verdringen, vonden het maar wat spannend om mij op die vloer te zien liggen
wegkwijnen. Wat ze niet hadden verwacht, was dat ik ze door al mijn snot,
kwijl en tranen heen keihard op hun lelijke smoel sloeg, heel hard uitlachte.
Nu zijn ze weg; ik ben vrij.
Wat mij nog van het hart moet, en ik word er zelf een beetje verlegen van
(echt), want ook ik ben op mijn privacy gesteld, schrijf over dat wat is geweest
en niet echt meer van belang is, of over dat wat tijdloos en van onschatbare
waarde is, zoals jij – wat ik wil zeggen, is dit: Volgende keer op dat podium
jouw eigen pik laten zien. Zo, dat viel eigenlijk best mee, vind je ook niet?
En dan nu allemaal in koor: “Sorry hoor, Colin.” Nee, niet goed genoeg, nog
een keer: “SORRY, KYTEMAN!!!!!” Juist, en dan nu dat mobieltje terug in die tas,
ondankbare hoeren.
Heel veel liefs,
Je Grote Zus
Bloesem wiegt hemelblauw valt op aarde,
de viool riep mij trok mij dichterbij
Ave Verum Corpus
warme liefdesgloed
wonder van leven
Mozart zo ademloos dichtbij
weerspiegelt in het gouden licht van zacht strelende akkoorden
Ave Verum Corpus
warme liefdesgloed
wonder van leven
Het bloemenperk lacht, glanst
zon in duizend zoete kleuren
de blaadjes parelmoer
Zilveren druppels
weemoedige droevenis
dat diep in
mij schreit
Wurgende greep van
verduisterde aarde breekt, jubbelt in
stralend diamant
dank voor Hemelse klank
Mozart knipoogt van omhoog
en we musiceren, Musiceren
De Regenboog.
wakker worden
in het gouden licht
zonnestralen spelen
onder het gordijn
zwelt de bries aan
tot hemelse muziek
een tip van de sluimer
opgelicht mijn lief
gaat naaldvakken doceren
in een gordijnenfabriek
stapt goedgemutst op
hoge benen de dag in
dat het nooit ophoudt
deze te beminnen
Recente reacties