Resultaten voor het trefwoord wijn

avondmaal – iniduo

Gezeten aan de dis
Komen spijzen voorbij

In overvloed, rijkelijk bedeeld
Borden vol goede moed

Hunkeren jeukende magen
Naar verlossing in genade

Drijven vier jaargetijden
Op een bed van bier en wijn

Verstrooit geluid in gordijnen
Met verdwaalde woorden bedrukt

Wisselt het licht van wacht
Quattro stagioni, een erehaag

Is er koffie
Voor de laatste maal

op weg naar Ø – arne berdache

op weg naar Ø
ontmoet ik contingent a ∈ B
we nemen even afstand van de Staat
en drinken een glas wijn

op een kruk aan de andere kant van haar toog
we lachen even en spuwen vuur en gal
op vers voet- en fietspad

a weet zich te onttrekken en wordt
net zoals ik ∉ B
al riskeerden we toch even eeuwig opgesloten
en verkeerd te kantelen
samen te verzeilen in het Dal van Hinnom

ah hoe leuk als twee
die omzoomde weg op te gaan
naar Ø

een vrouw in de droge voeding – delphine lecompte

Een vrouw in de droge voeding zegt tegen haar moeder:
‘Gisteren heeft de teckel mijn lievelingsdeken verscheurd!
Je weet wel; dat deken waarop Jezus vastbesloten is
Om water te veranderen in wijn op het eind van een suffe bruiloft…’
‘Een bruiloft is nooit suf. Suf is het verkeerde adjectief.’ Zegt de moeder streng.

De moeder heeft gelijk
Ook mijn moeder had nog geen 120 minuten geleden gelijk
Ook mijn deken werd gisteren verscheurd door een hond
Maar er stond geen Bijbels tafereel op afgebeeld;
Slechts een heidense sloot vol omineuze kikkers.

‘Een sloot is nooit heidens.’ Zei mijn moeder streng
Wat zie ik haar graag sinds ik een hond heb
Ik streel een liggend pak rijst en bel haar op
‘Waar ben je? Ben je gewond?’ Wil mijn moeder weten
Ik stel haar gerust; ‘Ik doe ongewond boodschappen voor een blinde tegelzetter.’

Wat ben ik christelijk sinds ik een jachthond heb
Vroeger zou ik het wisselgeld in mijn zak hebben gestoken
Vroeger zou ik de blinde tegelzetter nooit hebben aangesproken
‘Als je van jezelf zegt dat je christelijk bent dan doe je alles teniet’
Zegt een vader bars tegen zijn enige zoon in de zuivelafdeling.

De vader heeft ongelijk; het is niet nodig om zo bars te zijn
Ik hoop dat hij vanavond stikt in het voorlaatste appelpartje
Van de afgeprijsde yoghurtpot die hij in zijn knuist knelt
En ik hoop dat zijn enige zoon het laatste appelpartje niet als een relikwie bewaart.

Mijn moeder vraagt: ‘Lukt het met de hond?
Als het niet lukt dan zal het je zoveelste fiasco met een zoogdier zijn..’
Wat is het gemakkelijk om de verbinding te verbreken.

iridium – iniduo

we moeten bomen kappen
om het bos te koesteren
goedkope wijn drinken
-schone glazen, klare wijn-
om de geest te overmeesteren,
begeesteren, ledigen
torens bouwen
tegen al te hartstochtelijk indutten
een kras achterlaten
op maagdelijk onbenul
boeren in de kerk
kaarten op het werk
gewoon allemaal wegblijven,
opstaan, liggen, verzilveren,
vergeten, achteloos verkrampen
het zou ongeschreven wet moeten zijn
of dun geschreven,
soort van dan

je zegt, ik zeg – pallas van huizen

Huilen bij de bruiloft,
zwemmen in monopoliegeld,
water, suiker, suikerwater
zoete wraak in eerlijkheid
ik zeg, je zegt
wrang als mijn wereld
niet meer rijmt, niet meer blijft,
zo geschrokken
zonder wijn, zonder tijd,
je zegt, ik zeg
geen geld, geen zorgen,
volmaakt als god en mens
de boekenlegger op je bladzijde
ze vertelt
ik zeg, je zegt,
woorden bewaren
het is echt
je zegt, ik zeg
het is echt
ik zeg, je zegt
je zegt, ik zeg
pak me dan als je kan
het is echt
je zegt, ik zeg
we lopen ermee weg
je zegt, ik zeg
ik zeg, je zegt
je zegt, ik zeg
ja.

clementine oranje – tibbes punt

Sinds de laatste schepen zijn vertrokken
is er geen houden meer aan.
Boeren hooien lieve lust
vrouwen spugen pap tot tafel.

Zag jij ze?
De kraaien pikken ogen
onder valse bodem stroomt het
langzaam starend met gewoon.

Te intens geboren
bloeden naar hartelust
wilde dansen met mijn draak.

Bij ons laatste avondmaal
niet anders
wijn zuipen we niet
plakkende hostie
gehemelte aan elkaar.

Hoe ik leefde voor de gladiolen ?
Scrotum van de buurt
stijft zich op
aan nog een psalm
tepels kost voor kosters ogen
blauwdruk jouw zak.
Orgel pruttelt beloftes
rollen peper tussen
munt in zak om preekgal
door te slikken.

Zwarte roos
van krans gehaald
niet alles is per slot van rekening
lelijk aan jou
en het moet toch ergens begonnen zijn?

We hebben
starende bergen gesplitst
veensap gedronken
fatalistisch imago geswunged.

Ik dronk jou ’s nachts
en jij teveel.

Je humeur
clementine
oranje.

Vaak likte je wonden
in mijn vuur.

Waaien is het beste
maar het verder
staart mij aan.

kut – tibbes punt

owwwwwww je bedoelt;

De
vrolijk ik heb mijzelf uit de stront getrokken kut.
De
altijd in bloei ik heb last van vloed kut.
De
die niet demt nog stilte kent kut.
De
eb is beneden mijn peil kut.

Witte vloed
Roze vloed
Alles gaat nu goed vloed
Ik heb mijzelf bevrijd vloed
Eb vrije wijn vloed

De
ik wil zo graag zwart maar ik draag een bloem in mij
haar kut.
De
ik metsel plavuizen schaaf de kloven vul ze met
insectenspray kut.
De
ow ja ga door maar ik sterf niet kut.

Dan toch
liever
af en toe
een beetje sterven
met wijn en armoe
op een bodem
met vleugels voor later
ik draag zwart
en die bloem zit in mijn donder… kut.

doe maar rode wijn – bert de kerpel

In de coulissen van het kousenparadijs
resten enkel doorgewinterde stopsters
die gaten en ladders van garen voorzien,
zodat men via die laatste de upper class
op een voetstuk kan bedienen met pladijs.

Onder hen hebben de meesten in jaren
geen tijdloze films meer gezien, laat staan
een band gehad met minderjarige minnaars.

Hun mannen, kompels uit de jaren zeventig
onthoofden de dame met testamentresten
van een rist ontheemde kameraden.

jezus eet crèmepaté – delphine lecompte

Jezus de loodgieterzoon eet bijna elke nacht
Een blok paté met een theelepeltje in bed
De brute haan moet nog kraaien
Moeder roept in haar slaap: ‘Laat me los, schurk!
Ik wil niet verkracht worden door een ezeldrijver!!’

Maar de verkrachter verandert iedere nacht van beroep
Moeder roept net voor de paté volledig verzwolgen is
Jezus noteert: imker, touwslager, kaarsenmaker, orgeldraaier,
Kaasboer, stierenvechter, ritsenhersteller, goochelaar,
Gynaecoloog, olifantenverzorger, kinesist, beul, matroos.

Om 5u staat Jezus als eerste op
Eerst schrijft hij een vriendelijk sonnet over zijn vader
En daarna een helende haiku voor zijn moeder
Ook al weet hij dat ze niet wil genezen
Hij weet niet dat ze niet kan lezen.

Jezus heeft niet de juiste naam gekregen
Zijn moeder zei na de vlekkeloze bevalling tegen haar man:
‘Noem het kind Simon naar wijlen mijn astronomische stiefvader alsjeblieft.’
Maar het bliefde de loodgieter niet
Want hij had een aversie voor alle ontnuchteraars van de Melkweg.

Dus ging de loodgieter naar zijn stamcafé
Na zes glazen rode wijn van Kaapstad
En 37 teugjes calvados van zijn heupfles
Was Jezus de enige aanvaardbare,
De enige uitspreekbare jongensnaam.