iedereen die ik bemin
vertrekt naar Thailand
ik vertrouw het niet
Resultaten voor het trefwoord het
met boter op mijn hoofd
glijdt alles beter
kop in het zand
geen strobreed te veel
en wie de pet past
laat hem stuurman zijn
ik staar de kast
vol stoute schoenen
leer om leer gelooid
de zolen afgesleten
aan wandelen had ik
altijd al de pest
vooral met pijpenstelen
het ligt in de lijn der dingen
lege lijsten aan wanden
als een spin sleept zij haar woorden
uit frasen inkt
soms verstoft een draad van web naar web
we vliegen stil en onberoerd
de vloer bezaaid met zaligheid
van even geleden en ontdaan
ergens staat nog een stoel te bekleden
er zit niets anders op
het maakt niet uit
wat u stemt
als u maar denkt
dat het iets uitmaakt
ik mag niet mopperen
ik hoor het
keer op keer
ik mag niet klagen
kop op
onweer
het is een 1 aprilgrap
van de belastingdienst
dat 32 maart
niet bestaat
het geheugen
is onbewoond
het
het daarentegen
het is
een man en een vrouw
in 2001
het is dat het niet kan
anders zou je zeggen
dat het niveau daalt
Het alles ziende oog, camera’s op palen
Big Brother in Bijbelbelt, langs spitsstroken.
Ik geleid door TomToms hand.
Moedig sla ik mij blij de ogen open,
naar het onbekende land.
Voerman in een zucht en een vloek
regenboog boven s’-Heerenbroek
tekent van oudsher geen zondvloed
meer. Op de autoradio stoor
zendt overtuigend Al Gore.
Kijk roept zoonlief -hartedief-
daar over het water vaart Jezus
kapitein volgens m’n eigen bloed.
Over de IJssel
in de hallen
Het beloofde land
Legoworld.
Indiana Jones
Star Wars
Bionicle
Exo-force
steen op steen
die ik tors.
Wat de toekomst ook brengen moge
mijn oogappel in vizier.
het moet maar weer eens gaan waaien
in de haven liggen de schepen stil
ze wachten,
het is een binnenhaven van een stad
die niet meer aan zee wou liggen
of de zee niet meer aan hem
liet knuffelen, het maakt ze niets uit
wind is waar de schippers op wachten
ze hebben vaker gewacht
als ze aan land waren op de zee
en als ze op zee waren, dan
ja dan op land
ze hebben vaker gewacht
op bier in vergeten kroegen overzee,
proostend nog voordat er bijgeschonken was
als er maar gelachen werd
ze moesten wachten op een vrouw
ze konden niet kiezen want er was er geen
en als er eindelijk één was
die langer bleef dan een nacht
dan leerde ook zij wat wachten was
sommigen moesten hopen
dat er vis was aan het einde van dag
dat de netten zouden glinsteren van het zilver
en blauw, spartelend, en dan gauw
terug naar land
gerimpeld kijken ze uit
verankerd liggen hun herinneringen
Recente reacties