zee van kalmte – iniduo
het hervonden water spiegelt binnenkant
ik ga in een omtrekkende beweging mee
voel ruggelings strelen met vlakke hand
mijn leniging zweeft boven ademloze zee
ik ben in een onbeslapen bed ontwaakt
waardoor wormgaten vallen in blindheid
het duurde even, maar de code is gekraakt
eindelijk ben ik deelgenoot van mijn tijd
het ritme van lome golven is nu de maat
onbedijkt zelfs, in vloeibaar koele lijven
want dood tij dat fier de wereld over gaat
komt met behouden vaart bovendrijven
Zo dus, zonder “komt” in de een na laatste regel.
Soms denk ik bij een gedicht: vreemd. Het heeft naar mijn smaak wel potentie, maar er staat teveel in. Nou ja, wie ben ik, denk ik dan. Ik haal mijn schouders op en fluit verder. Bij dit gedicht ben ik even stil gaan staan. Ik ben wat gaan slopen en met wat woorden die ik op de kraak had gevonden en met wat schroeven en draden kwam ik tot dit. Niet perse beter, gewoon anders. Eigenlijk mijn gedicht, hoe ik het zie:
zee van kalmte
het water spiegelt binnenkant
ik ga omtrekkend mee
voel ruggelings een vlakke hand
mijn leniging zweeft boven zee
ik ben een onbeslapen ledikant
een deelgenoot van deze tijd
de golfslag is nu de maat
in vloeibaar koele lijven
een dood getij dat fier
de wereld overgaat om
levend terug te drijven
Ik vind jouw versie een prima alternatief. ‘Less is more’ in dit geval. Mooi ook dat je aan de gang bent gegaan met dit gedicht en daar kennelijk tijd in hebt gestoken. Hoort een gedicht niet onze gedachten te herschikken? Dat is hier gelukt..