Ik heb alweer gestofzuigd, Kees,
en onkruid uitgetrokken,
ben me nuchter geschrokken
toen bleek dat ik sjans had.
Ik heb alweer gelachen, Kees,
en ook weer mogen zoenen,
vlekken uit mijn vloerkleed boenen
omdat poes geen maat kent.
Zit ik net in De waal, Kees,
waar jij vorige week nog zat,
kom je toch weer op mijn pad
uit handen van Elly.
Het is een mooie rouwkaart, Kees,
verdomd als het waar is,
verdomd als het niet naar is,
verdomme, Kees, de zon schijnt.
Kees Alderliesten, de eerste stadsdichter van Vlaardingen, is afgelopen week onverwacht overleden.
Reageer