vliegen – roop
kijk me staan hier op die foto
heb ik nog mijn zondags jurkje aan
ik lach wat tandloos sleep een pop
mijn haar in pippi-langkousvlechtjes
die ik later niet meer wilde
pippi is voor kleine meisjes
ik werd groter ging naar school
leerde schrijven rekenen is nooit
mijn sterkste kant geweest ik droomde
van de batavieren die bij lobith
binnendreven en bij leiden mondden
in een noordzee zonder overkant
alle batavieren hebben vlechtjes
zei mijn moeder maar die wilde
doodgewoon geen klitten kammen
de huishoudschool de derde klas
de tweede keer de laatste want
de hema lonkte eigen geld een
toekomst tussen rookworst ondergoed
cosmetica mijn roodsatijnen broek
glanst in de zon en let eens op
die poedelkop was het anna
of agnetha die me inspireerde
ik weet niet meer ik leerde koken
kreeg een twee in aardrijkskunde
snapte niks van algebra maar mama
zei dat is niet nodig kassa’s
tellen zelf een knappe meid als jij
heeft zo een vent die voor je werkt
en vergeet de rest maar lekker kind
daar staat hij in zijn bakkersbroek
tegen zijn kreidler op te glimmen
hij liep wel tachtig zei hij trots
probeer dat op zo’n puchie en je
ballen trillen vierkant door je strot
om van yamaha helemaal te zwijgen
piloot wilde hij worden ook als
dat moeilijk was met lts maar in
het leger kon je alles worden wat
je wilde als je dat maar wilde
stond de hele wereld voor je open
we zouden op mallorca wonen en
de hele dag niets doen later met
het geld van vliegen en van mijn baan
als mannequin voor marie claire
hij droeg zwart en ik was in het wit
in juli onder een hemel zo blauw
als de familie van het paar dat
waren wij het stralend centrum
van een wereld die bestond uit ons
en later ook de voetbalclub alwaar
hij sluitpost steun en toeverlaat
bij lage ballen ietsje minder stond
er steeds liet nooit een zondag schieten
verder zat hij thuis als hij niet werkte
en las wat over vliegen tot eeuwig
passagier verdoemd want dioptrieën
worden nooit piloot we gingen vrijdag
wel eens bowlen drie vier keer per jaar
wat drinken zonder werk of club
deze is van vorig jaar wat zijn we dik
we trouwden niet om af te vallen en je
wordt geen doelman om te veel te lopen
we lachten wisten niets twee weken later
werd hij aangereden ’s avonds toen hij
terugkwam van zijn werk een lekke band
en regen werd de wao het geld
werd krap wel had hij nu veel tijd
las alles over lindbergh de gebroeders
wright de uiver boeing al wat vloog
legde zijn boek dan peinzend weg en keek
naar buiten naar de eindeloze lucht
op gister na toen stond hij op en ging
naar buiten naar de brug spreidde zijn armen
ogen wijd open voor zijn eerste vlucht
Mooi! Prachtige, losse nonchalante stijl. Is het autobiografisch Roop? Nee toch? Roop? Roop! Roop.. Verdomme!
God nonderju Roop, geweldig, wat een vaart, greep me vast van het begin tot het einde. Meer van dit.
Eigenlijk ook wel een theatertekst. Je hoort/ziet het uitgesproken worden.
@martin: natuurlijk ben ik blij met je complimenten van mooi en prachtig en los en zo, maar het miskennen van het onmiskenbaar autobiografische karakter doet wel pijn.
@johanna: sodebillepokke johanna, jeetje. dank je wel!
@henk: dat vind ik een leuke reactie, mja, wie mijn dramatisch podiumpotentieel kent, weet ook dat ik er het theater niet helemaal uit haal.
dank en groeten,
roop
Bedankt, Roop! Ik heb dit met heel veel plezier gelezen. Eigenlijk ben ik wel een beetje jaloers op zo’n tekst. Heel knap hoe je nuchter en zakelijk een leven vol ups & downs oproept via een mix van min of meer dramatische gebeurtenissen, ‘droge feiten’, ongegeneerde platitudes, volkswijsheden en alledaagsheden. Het komt heel eerlijk over. Er zit ‘lekker veel’ in en het ‘loopt’ voor mijn gevoel ook goed. Hoe heb je dit gemaakt? Is het een kwestie van zitten, schrijven en klaar (zo lijkt het…), of gaan er heel veel kladjes aan vooraf?
dat zijn schone complimenten die je me daar toebedeelt, hans: iemand te laten vinden dat hij het zelf had willen schrijven, daar doe ik het wel voor. ik schreef het trouwens aan één stuk, in drie uur of zo. de nabewerking duurde bij elkaar dan wel een paar weken.
dank en groeten,
roop