Bij zonsopkomst klom ik
uit klossen garen
en je slapende lach
Ik moest je niet verschuiven
terwijl ik aan de herten in mijn jeugdjaren dacht
Die stonden koud en verstrooid
op een sokkel
als je lijf
in het licht gekwakt
Hoe ik je minutenlang
voor de eerste keer zag
Welneen! De herten in mijn jeugdjaren? Het hijgend hert der dans ontkomen? Welja, IN haar jeugd waren herten! Hier niet, wel spiegels in het kreupelhout!
Dank je wel B, voor je mooie weerspiegeling, terugspiegeling
Anouk
Ik lees jouw minutenlange verbazing bij het kijken naar zijn lijf in ochtendlicht, net zoals je in je jeugd verbaasd keek naar de verstijfde herten.
Het half mysterieuze en de beeldspraak maken van jouw gedicht een uitschieter.