verlossen – metha
Ik had de taal in beide handen
sprak niet over bemantelen
en naar vraagtekens werd nooit gezocht
toentertijd hadden jassen geen knopen meer
een touw werd gestrikt en strak getrokken,
ruimte was er in overvloed, daar wel
oude aardappels, vervoerd op gammel ijzer
gaven doffe hongerogen weer heel even
een zachte glans van gevuld zijn
ik wist zoveel meer
maar gaf de zware sleutel
voor die ene deur waar achter
op een smerig kussen haar schoonheid
zelfs de nacht verlichtte, nooit af
die laatste ochtend brak zij
gaf het licht door aan hen
die na haar kwamen
kraste nog een laatste letter
en verdween zonder omkijken
Geef een reactie