Resultaten voor het trefwoord zelfs

na de winter – onbezield

bij dag in nacht
in bevroren koude
zelfs jij warmt niet
vesting in een wereld
zelfs de klimop rouwt
eeuwig schijnbare duur
mijn oubliëtte zwart
de wereld wit
onmeetbaar strenge vorst
liet krassen op mijn ziel
littekens die moeilijk helen,
niet vergeten kunnen worden

mijn sprankeling was!
bij toeval greep ik raak
maar elke dag
voel ik die krassen
zij horen bij mij…

nu ik de zon kan zien
en een enkele donderwolk,
laat ik het bij tijd en wijle
maar stormen
ik weet nu dat na regen…

één van de laatste taboes – onbezield

wij creëren taboes
de meerderheid dan
is er één die wil doorbreken
staat die openlijk aan de schandpaal

toch zijn er tijden
waar meer aanvaard wordt
in golfbewegingen
gaan die door de maatschappij

zelfs bestaan ze naast elkaar;
aanvaarden en verwerpen
opeten of cremeren
begraven of bakken

ik heb nog wat kadavers
in mijn diepvries,
overbodige mensen
ter consumptie

mijn ingeslagen voorraad
bak en braad slinkt gestaag
ik ben een omnivoor
stiekem smaakt het toch het best!

ik liet een traan – onbezield

Schoon was zij
Onvergelijkbaar
Schijnbaar alleen op de wereld
Aanbidders van ver
Zo alleen

Eva, Dulcinea, allen haar naam
Onbereikbaar
Zo alleen

Ook aan heur spanne
Moest eens een eind komen
Een traan welde op in mijn gemoed
Om het bestaan van zo een
Schoon creatuur af te kappen

Gelooft u mij
Dat is niet gemakkelijk
Zelfs ik treurde
Maar niet voor lang
Zij is nu bij mij
Wij huilen samen vaak…

de mortuis nil nisi bene – herman grouwels

van de doden niets dan goeds…

Waarom hem de hemel in prijzen
Vergeven alles wat er was
Zelfs nu hij dood is
Mag ik hem nog met de vinger wijzen
En net doen of hij er nog was

Ik weet, wij hebben allen schuld
En boter op ons hoofd
En hebben onterecht
In erbarmen en vergiffenis geloofd

Maar waarom worden met de dood
Onze zwakheden verzwegen
Onze fouten tot het niets herleid
En laat men onze lafheid achterwege

succubus – lammert voos

na de zoveelste slapeloze nacht, scherp
als scheermessen de zintuigen inmiddels,
duiken uit de mist de gezichten van de doden op,
onaangetast door de tijd, verfraaid door
selectieve herinnering, neuk je nog eens
het stijf geworden lijk van die eeuwige liefde
die gedood werd door de bliksem, een levende
vrouw kan nooit met haar concurreren, hoe oneerlijk,
en de kilte zit niet in dat lijk, maar achter je eigen
ogen en je verbrandt langzaam maar zeker door
de vrieskou en niemand, niemand zal het begrijpen,
zelfs ik niet

olympisch – gerardus

voor jan h.

deelneming fataal
opgelet attentie

zelfs indien men slechts
als helft functioneert

door naar de volgende
finish tot slot het einde

lijk gehavend
blij & para

cirkel rond
moet er vanaf

ben er klaar voor
innige deelneming

contradictio intermines – frank fabian van keeren

de poëet
of althans
iemand
die ervoor door
moest
was nu aan
de beurt

hij kwam op
een beetje
onwennig

en friemelde
met zijn linkerhand
wat aan het knoopje
van zijn jasje
met
in zijn rechter
een vodje
papier

voor de show zo
bleek later

zijn ogen priemden door
vette brillen-
glazen
de zaal in
en even

zag je hem denken…

zal ik?

hij hapte naar een grote
bel met lucht
(de zaal hield de adem in)
en liet
vol in de microfoon
een boer zo
hard
dat de barman ervan schrok

van achteren naar voren (en een glas dat viel)
kletterde applaus
dat
als een ware
tsunami
over hem heen
kwam en
zelfs naast mij

hoorde ik mijn moeder
fluisteren

(wat een kunstenaar)

alleen Jan-Joost was niet helemaal
in zijn
nopjes

dit was niet echt wat hij in
gedachten had
toen hij de dichter

of althans
iemand
die ervoor door
moest

onder de tafel door
zijn tekengeld in de hand
gedrukt had

de dichter

of althans
iemand
die ervoor door
moest

verliet emotieloos het podium
en nam een slokje
van zijn colaatje-
rum.

hij gaf een rondje

kon hij ook makkelijk
betalen

zelfs met familie is de natuur slaapverwekkend – olaf van muijden

Een neef knoopt visdraad
aan een wilgentak, vangt
met een vershoudbak voorntjes
en keilt kiezels over
lelies

en de koptelefoon kalmeert…
en de stroming jongleert met een zak…
en de klei grijpt naar de enkels.

Een oom wijst vervolgens op de
schone lucht, hoe dit te zien
aan het mos –

Palmeria Sulcata, Lecanora nog wat

– op de tot hengel omgedoopte
wilgentak.