Resultaten voor het trefwoord slapen

requiem voor een vogel – b. vogels

vandaag heb ik een vogel gezien
met opgeheven kop
de tegenwind stond schrap

ik heb mensen getrotseerd
op de dansvloer van de storm
ben ik blijven buigen

op een dag zuig ik
stenen uit hun geraas
blaas de deur uit van gebral

en ga slapen met de élégance
van een zwarte vogel in het licht

een vreemde eend‏ – iniduo

Laten we dit moment van luwte aangrijpen
Of anders samensmeden tot gietijzeren wil
Op het gevaar af zeewaarts te waden
En toch terzijde het volgende, marginaal
Rechts waterdragend (eenmaal op weg)
Elke keer gezeik, normatief voorgebakken
Genoeg van gewoon doen, aanpassen
Van voortuinen, vensterbanken, grasmaaien
Dure tankbeurten voor ik het vergeet
Hoeveel voet gaan in een meter bier
Ons perspectief kan gelukkig meer bevatten
Dan de berging en zo nodig vloeibaar
Er is dus sprake van wederkerigheid
Weliswaar met beperkingen maar toch
Ik zie het als een eerste stap, een begin
We zijn voorbereid als de vraag toeneemt
Hier of elders, maakt in principe niet uit
We zijn er klaar voor, beslagen ten ijs
Buslijn 12
Gesitueerd rond beteugelde geneugten
Nog één nachtje slapen

monsters en beesten – nicole de korte

Laat in de avond
Diep in de nacht
Slapen de meesten
Of houden de wacht
Voor monsters en beesten
Slapen lukt mij niet
Ik heb geen rust
Rook nog wat wiet
Niemand die mij nu sust
‘Het komt allemaal goed’
Zegt iedereen vol vertrouwen
Dat is voor mij te mooi, te zoet
‘T is mij nu al aan het benauwen
Toch ga ik er 100% voor
Niemand die mij stopt
Uiteindelijk alles dat klopt

de hand – merlijn huntjens

een hand buigen, breken willen desnoods
maar hij haakt; onmogelijk is het verroeren,

of het vervoeren. het zwaaien naar de mensen
aan de overkant, het brieven schrijven voor ze,

overzees. of tekenen in het zand aan de rand van
je eiland. de andere van de twee, bewegelijk
is te druk in het haar door zorgen. de huid

neemt gemakkelijk afscheid van de wortels onderaan.
zo hoort ze een klein geluid bij lostrekken. en een schip.

een bink aan dek bewoog zijne, rakend alle maten
op de schouders, de slapen, in de magen, maar ze zagen;

dit is prachtig.

ze zwaaide terug.
ze genas.

white and black – manja croiset

white

och arm meisje
hoe gaat het met jou
ben je zo bang en alleen
in de kou

weet je de weg niet
en heb je geen jas
of handschoentjes aan
moet je zo bang en alleen daar maar staan

moet je zo huilen en ben je zo moe
wees maar gerust
ik kom naar je toe

ik houd je goed vast en wieg je in slaap
terwijl ik zing over een klein arm schaap
ik wikkel een deken goed om je heen
voortaan ben je nooit meer alleen
 
 
black

een ander bloot meisje
in de blakerende zon
snakkend naar water
wacht maar ik kom

ik geef je te drinken
les je ergste dorst
drink niet te gulzig
voorzichtig je morst

nadat ik je waste
terwijl ik je suste
en goed op je paste
je veel en teer kuste

je wou zo graag slapen
je was ook zo moe
ik leg je te ruste
en eindelijk gingen je oogjes toen toe
 
 
nu speel je getweeën
en zijn jullie blij
voor altijd en eeuwig
heel veilig bij mij

dromen, en opstaan… – pallas van huizen

Reizen, communicatie, sociaal gedrag, praten, denken, vrijen, slapen, slapen, vrijen, slapen, slapen, praten, praten, denken, denken, schrijven, eten, schijten, plassen, dromen, dagdromen, nadenken, eten, zitten, schrijven, wakker slapen, denken, niet praten, niet praten, zwijgen, zitten, denken, huilen, huilen, lachje, lachen, denken, schrijven, missen, missen, missen, missen, missen, slapen, slapen, dromen, en opstaan.,

voor wie het is geschreven – maaike klaster

Er is een tweede maan bijgekomen.
Nu huil ik tranen met tuiten.

Dat doet de maan soms,
water laten stromen.

Als ik jou nu in mijn armen had,
dan zou ik je laten weten hoeveel ik
van je houd. Kom gauw langs,

ik mis je zo.
Volgens mij kunnen wij veel mooier
en veel completer, speelsers onszelf
aan elkaar laten zien als wij eindelijk
ophielden met net te doen alsof
wij voor de ander niet bestaan.

Heb jij mij verstaan? Ik vraag het maar.

Ook dit heb ik in alle haast geschreven,
want ik word er moe van iedere dag
in mijn eentje op te staan. Nu jij nog,
lieveling, word je wakker uit onze
gezamenlijke dromen of blijf je
voor altijd in de mijne slapen?

Haast je. Ik vraag het je.

december – p. krauwinkel

De dag kruipt gestaag voorbij

Tanden bijten in de wintertijd

Gelaagd gelach van vreemden
sluipt door de kroeg en vergeet:
waar ik was en hoe ik heten

Buiten wordt de kou mij steeds
vreemder en de mensen op afstand
zijn bezig met hun verval

Ze dwalen door de stad
terwijl ze lachen en zuipen

De wind beukt de ramen
en fluistert de steeds dieper
wordende duisternis

Straks ga ik slapen
en ontwaak ik
in het nieuwe jaar

Als de straten bezaait
en rood zwijgen
over afgelopen jaar.

36 – maaike klaster

en niet van gisteren

Mijn Winter Clouwn heeft wanten aan,
ook als het niet koud is, de lieve schattebout.

Vandaag zou vandaag niet zijn geweest
als ik mijn oksels niet had geschoren.
Dat was eergisteren, maar dat maakt niet uit.
Soms beweeg ik achteruit.
Zo weet ik nu al wat er gaat komen,
de volgende groef in de plaat.
Hoe het komt dat ik tegelijkertijd
geen benul heb van wat er komen gaat,
blijft mij tot het eind der tijden een raadsel.
Gelukkig houd ik daar wel van, een raadsel
dat ik nooit kan ontrafelen, anders zou ik
er helemaal niets meer aan vinden,
want ik zit al 300 jaar alleen op een bank
en dat was precies de tijd die ik nodig had
om bij te slapen van alle haat en nijd.
Ken je die twee niet? In dat geval is het wellicht
raadzaam om beter in de spiegel te kijken.
De spiegel liegt altijd.

kruispunt – calvin smith

in een speeltuin speelde zij
in een vergetenland door
kranten en beelden op tv
wist ik het ook maar
tranen douchten op mijn kussen terwijl
mijn zusje verkracht lag te slapen

een doodstraf lachte ik hem toe
een levenslang schreeuwde ik hem toe
toen moest hij slapen en niet wakker zijn
vrijheid zorgde dat ik verdwaalde door
woede raakte zelfs mijn woorden op
mijn zusje sloeg hij kinderplezier weg

bomen blijven tegen mij zwijgen en snikken
toch heeft mijn hart het vergeven maar
niet vergeten staat hij bij een kruispunt waar
mensen heen en weer vliegen in de wind
trilt haar koude handje in de mijne
kijkt ze angstig in het verkeer