Resultaten voor het trefwoord oud

oud zeer – iniduo

gevonden stenen
schuilden in glazen potten
om luchtdicht af te zinken
toen het nog kon

toen het nog mocht

laat dan tenminste
kroegen weer wierroken
ochtenden verdrinken in brak water
al is het naar voor even
zodra de tijd rijp is

je bent jarig en je koopt een zakmes – delphine lecompte

Ik ben jarig en ik koop een zakmes voor de vroedvrouw
Die pas volgende week jarig is, ze wordt jonger dan ik
Ze blijft mooier, en grappiger, en opgewekter, en vlijtiger, en edelmoediger
Ik denk aan de dag waarop ze mijn leven heeft gered
Ik denk dat ik al bij al blij ben dat ze toen toevallig in de buurt was om mij te reanimeren.

Ik ben jarig en ik hou het zakmes voor mezelf
Je kunt er van alles mee doen: ontkurken, aborteren, amputeren, verlossen
Je kunt zelfs gedichten opslaan en een lobotomie uitvoeren
Of ik mij oud voel? Ik geloof het wel, ik vrees dat het er niet meer van komt
Een kind, mijn kind, mijn zoon, ik mis hem alsof hij vorig jaar is verdronken.

In een kerk vind ik geen troost in de kleine onuitgeslapen oogjes van Jozef
Dus wend ik mijn blik af van de beelden en bekijk ik de andere kerkbezoekers
De twee andere kerkbezoekers zijn ouder, veel ouder dan ik
Ze lijken niet achterbaks, ze lijken niet hardvochtig
Ze horen bij elkaar en de dikste vrouw laat een knallende wind.

Ik ben jarig en ik heb de slappe lach in een kerk
De vrouwen lachen niet, ze sissen dat ik mij moet gedragen
Ik moet helemaal niets
‘Ik moet helemaal niets, dwaze achterbakse hardvochtige winderige pseudodevote geiten!!’
Schreeuw ik, hoewel niet alle verwijten kloppen voel ik mij opgelucht.

Aan de uitgang van de kerk word ik opgewacht
De oude kruisboogschutter geeft mij een armband voor mijn verjaardag
‘De armband is Vietnamees!’ Zegt hij vreemd uitgelaten
Ik kus hem, hij is beter dan ik.

morgen zal ik dood zijn – manja croiset

monoloog of dialoog

morgen zal
ik dood zijn mijn kind
wanneer is het
morgen vraagt ze

geen idee zeg ik

wat heb je gisteren
gedaan
wanneer was het
gisteren

hoe oud ben je
lieverd ik weet het niet

ik begrijp het niet
zegt ze

ik ook niet
antwoord ik

* – serpil karisli

Een rondreizende koopman
Is onderweg

De rondreizende koopman
Is de weg opgegaan,
Zijn zadeltas vol met dromen

Hij heeft een paard
Zo oud, zo oud
Hij loopt langs, zwaar
En zwaar is zijn lading

De dromen in zijn zadeltas
Zijn niets meer waard
Een misplaatst figuur
Op een schilderij

De rondreizende koopman komt niet meer langs
De herinneringen van mijn kindertijd
Gele bloemen, beekjes,
Het bergwater uit een fontein

stuifzand – iniduo

ik ben neergedaald op een open plek
te midden van zwijgende stenen zuilen
het gewone lijkt daarmee bijzonder gek
en het lachen staat mij nader dan huilen

ik ben opgesloten in een bakstenen gedicht
om te rijpen in een kluis van jaargangen
totdat ik mij weer zelfverzekerd opricht
zonder weet van gemis of verlangen

ik ben omwonden met verstikkende rede
in verstijfde talen met codes en symbolen
alleen het allerbeste stelt mij tevreden
hetgeen ik luid laat horen, onverholen

ik ben verloren in een belofte van goud
mijn wereldbeeld is om z’n as gedraaid
alle blauwe dagen worden vanzelf oud
nu ik weet dat alles van stof verwaait

de kameleon die niet wilde verkleuren – pallas van huizen

Op het hoekje stond je al te wachten,
met zwarte spiegelogen op je voorhoofd,
de zon scheen gelukkig nog niet naar binnen.

Open deur, neo provo’s, petjes, capuchons,
mobieltjes, scooters, brommers en auto’s,
ik ken jou, jij kent ons.

Amerikaan, drie streepjes voor,
eigen boek, soms is soms.

Als alles, oud en grijs,
praten praten, praten,
de jackpot allang gewonnen,
en me nog blindstaren
op tien vierkante centimeter.

Ik wil platvoeten, bescheiden stappen,
je eigen bedoeling met de krant,
van Thailand tot Texel,
als de korte broek die roept om zomer.

Laat ze maar, laat ze maar, laat ze maar.
Laat ze maar hun gang gaan.

Ik kom en ga gewoon op de fiets.

oud nieuws – elsje de wit

daar zit ze dan, pal
voor het raam
niemand kan haar ontlopen
de rollator ernaast, het bed erachter
en voor zich een slok reservetijd
soms valt er wat
te hopen

kostersvoordeel – marjon zomer

tijdens het avondmaal
was het de enige keer
dat we witbrood aten
de bakker leverde het brood
in hapklare blokjes aan

op glimmende schalen
stond het voorin de kerk
tot de dienst begon
onder witte doeken
zonder oud te worden

na de dienst stonden de schalen
bij ons boven op tafel
het overgebleven brood
propten we met handenvol
naar binnen

het lijden van jezus
en buikpijn op maandagmorgen
op die dagen werd
er bij ons thuis
niet veel gepoept

de dichter is dood – elsje de wit

De weduwe heeft op handen en voeten
al zijn gedichten bij elkaar geveegd
en afgelopen woensdag met pijn in haar
rug en knieën, drie zakken vol in
de oud papier container geleegd.