Resultaten voor het trefwoord oord

* – serpil karisli

Toen de bergen hun dalen lieten meanderen
En de zee bevrucht werd
Toen wij baden en zongen
Zo was de Aarde een oord

Toen kwam het gevecht
Wij keerden ons
Wij hoopten
En wij huilden

Toen de zee voer over de bergen,
Toen de maan zwijgend scheen,
Werd de Aarde ontheiligd
Liefde kon niet meer bezongen worden
De kus verwaarloosd
(En wij wachtten.)

ver van huis – gronama

Een oude dame loopt met rek
naar bankje voor de hoogste flat
waarin zij ongetwijfeld woont.

Drie bankjes tonen water, met
ranke bloemen langs de rand en
kinderen die eendjes voeren.

Vijf beloeren verticale oord
dat staalhard tot in wolken reikt
waardoor de rest zo nietig lijkt.

Daarop zit zij zeer klein te zijn
kijkt naar het kille van haar huis
in schril contrast met vroeger thuis.