Resultaten voor het trefwoord negen

regenroosje – hanny van alphen

negen dwergen stapelen stenen
door de monen bezworen
bouwen zij in trance een toren
waarin Bert Visser kan wonen

nog niet bewust van de toverkol
die het meisje een peer zal geven
danst en zingt ons regenroosje
het zwanenmeer in een vissenkom

ajax of abro – hanny van alphen

Een kind kan de afwas doen zei moeder altijd.
Ze had er tenslotte negen,
waarvan zeven Assepoesters die het niet waagden
de spiegel te breken.

Moeder hanteerde de harde leer,
geen kans voor meisjeslijven om verschoond
te blijven van oorvijgen of wilgentenen.
Zij waren slechts werkbijen in de raat van elf.

De twee godenzonen, hen ontbrak niets,
zij speelden uit en thuis.

natte daken, natte dagen – martin m aart de jong

Nu dan die dagen weer gevouwen
uit wolken. Het is ook nooit
zo gek niet of het regent wel.
Genoeg wat mij betreft. Heb
het allemaal aan gezien.
De zon weer op
zien komen, af zien
druipen boven
kaartenhuizen
van beton.

Mag ik je
hartenvrouw, mag ik je boer,
mag ik je negen? Het spel
verdelen over jaren.
Op de tafel slaan.
Het gaat om geld meneer,
dit spel. Het gaat erom te doen
alsof het niets kan schelen.
Maar ik huil wel, alle dagen
van boven naar beneden.