Resultaten voor het trefwoord luwte

een vreemde eend‏ – iniduo

Laten we dit moment van luwte aangrijpen
Of anders samensmeden tot gietijzeren wil
Op het gevaar af zeewaarts te waden
En toch terzijde het volgende, marginaal
Rechts waterdragend (eenmaal op weg)
Elke keer gezeik, normatief voorgebakken
Genoeg van gewoon doen, aanpassen
Van voortuinen, vensterbanken, grasmaaien
Dure tankbeurten voor ik het vergeet
Hoeveel voet gaan in een meter bier
Ons perspectief kan gelukkig meer bevatten
Dan de berging en zo nodig vloeibaar
Er is dus sprake van wederkerigheid
Weliswaar met beperkingen maar toch
Ik zie het als een eerste stap, een begin
We zijn voorbereid als de vraag toeneemt
Hier of elders, maakt in principe niet uit
We zijn er klaar voor, beslagen ten ijs
Buslijn 12
Gesitueerd rond beteugelde geneugten
Nog één nachtje slapen

woei – bob elias

de wind jaagt op lichtvoetigheid
de rolcontainer ligt op z’n zij
ik schraap wat schillen van de straat
de sla van gisteren waait voorbij
ik recht zijn rug en schuif ‘m terug
als een schaker die zijn toren redt
ach zo komen we de dag wel door
de luwte in mij de wind aan zet

uitzicht I – frido welker

wat de wind doet met de boom die nog vruchten draagt,
terwijl de lucht over een dode rivier de straat inwaait,
moet ze zelf weten, Internationale Vrouwendag is geweest
dus ik neem aan dat ze gekozen hebben

het is een half uitzicht, de molen mag niet draaien;
dat is voor dagen dat er in zijn ruim wordt gegeten
van dure borden en de gasten het ervaren alsof er zeesop
kolkt over het water waar meer roeiboten varen dan
zalmen nog tegen de stroom op durven zwemmen,
maar wel stil op bord liggen, het oog netjes weggesneden
de prullenbak in want dat converseert niet fijn,

het is een half uitzicht, achter de molen het ziekenhuis
waar niets over te zeggen valt want veel stiller
kan een plek niet zijn

uit de tunnel dichterbij dan de molen komen fietsers
die veelal sneller willen fietsen maar niet kunnen
racen als een wielrenner, hoe graag ze ook de wind zijn;
ze vat ze bij hun kraag en laat ze werken om de meters
te winnen naar het avondeten, alleen in de luwte
van de tunnel worden tijdritten gewonnen

getij – lammert voos

golven spoelen zandbank en getij en wier
zullen omsluiten het zout de huid wassen
en bleek schijnt maan de hemelblik in
driest verlangen hoert en snoert tussen de veren
van meeuwen boven de geulen en zullen drijven
op de wind in de warmte en de luwte van alles
dat was en niet past in de map met de ring,
geen verbintenis, geen slaap, geen richting en
krachteloos tussen doet er niet toe en geeft niet en
uit het zeegat drijven veren terug, terug
stromen in inkt bedacht en gegoten
in zichzelf besloten, vergeten in de vloed
en alleen ik weet alwetend in kleinheid
dat je vallen moet, overgeven en het getij zal
tussen wichtig en belangrijk lopen voor mij