Al dat gelul. Het blijft maar hangen.
Wie het hardste schreeuwt, met stenen
gooit of modder. Het blijft behelpen
allemaal, en toch geloven in je achter-
hoofd, toch blijven hopen. Je schuift
de dood wat voor je uit, vijf graden
meer of minder, zeg je, maakt niets
uit. Het wordt echt beter. Verder gaan,
lopen desnoods, of kruipen uit je wieg.
Iets is er toch, iets. Een fles wordt
aan je mond gedrukt, je had gehoopt
op borsten. Je zwijgt je eigen
wereld in. Je drinkt. Je denkt.
Je geeft het ruim voldoende.
Recente reacties