Resultaten voor het trefwoord kroon

naakte schets – berry tunderman

Je kunt behoorlijk lyrisch worden
Langs het Winschoter Diep.
De zon hoeft niet eens te schijnen.
Het hoeft niet eens droog te zijn.

Met haar Laksmi kronkelarmpjes,
Plukjes schaamhaar midden strooms
Draagt ze altijd een mysterie
Onder een hardstalen kroon.

Geen loos vissertje te vinden.
Tussen haar trotse kragen.
Hoor de polder zachtjes klagen.
Het reilt zoals Het Diep het zint.

Zelfs tijdens de zwaarste stormen
Kabbelt ze boeddhistisch door.
Geen schuimbekkende golven.
Heeft daar het gezicht niet voor.

Het zou je niet verbazen
Als Mozes aan kwam drijven.
In een veel te lek mandje.
Met drie wilde wijven.

De zomer doet alles sidderen.
Het Diep hangt uit de zon.
Waar een hoentje driftig kwekt
Met een veel te oranje bek.

Natuurlijk kampt Het Diep
Met een beperking of twee.
In Sodom loopt ze namelijk dood.
Alles verstomt, geen die dat hoort.

tijdsein – elsje de wit

Als wolken zwaar boven de akkers hangen
de koningen hun kroon verliezen in de strijd

Als angst het wint van een ondragelijk verlangen

dan wordt het tijd
dan wordt het tijd

blauw – b. vogels

boven mij spant blauw de kroon
de ondertoon een bloemenwei

mijn jeans is hemels
ik trek het groene t-shirt uit

de wind speelt nu opperhoofd
alles is wild en vredig
als vergedragen kindergeluid

in het verre westen troont
nog lang geen zon

hebben is een vies woord – tijl nuyts

Hebben is een vies woord
maar dansend op het slappe koord
wankelde hij zich een weg
naar het ultieme bezit,
gooide z’n idealen overboord,
waarmee hij anderen om de
oren sloeg,
en die hij daarenboven
als een kroon van kuisheid droeg,
toen z’n liefje hem om meer vroeg.

Hoe jouw imago, overwoekerd
door viriel borsthaar en maniertjes,
aanstellerig naar aandacht zucht.
Goedkope schijn van godsvrucht.

“Houd de gedachten van de ouderen
in je achterhoofd
wanneer je anderen je trouw belooft.”

Haar liefde is uitgedoofd,
in jouw zelfvergoddelijking gesmoord.

En jij blijft dansen op het slappe koord.

la primavera – vera de brauwer

jaloerse minnaar
je verjoeg de herfst met zijn warme kleuren
uit schrik dat hij me zou bekoren
je huilde in kale bomen
omdat ik sliep in je paleis van ijs
onder je witte deken
je zuchtte op plassen en beken
die onder je kille adem bevroren

nu je me wakker kust, hoor ik je vragen
of ik dit jaar de kristallen kroon zal dragen
die op de troon naast de jouwe rust
neen, en toch ben ik jouw koningin
want wat geen sterveling vermoedt
wij zijn voorgoed geliefden
al is ons samenzijn steeds kort
omwille van ons groot verschil

buiten ligt het leven stil
zolang ik hier bij jou vertoef
lief, ontdooi je koude armen
al dat dode maakt mij droef
ik wil de aarde weer verwarmen
hoor je de vogels die me roepen?
open de poorten, dit is mijn dag!
ik strooi bloemen langs mijn pad
volg mij in je laatste oogopslag


Luister naar de gezongen versie van dit gedicht op http://veradebrauwer.punt.nl/