Resultaten voor het trefwoord kist

kort in memoriam – gerard scharn

een leven met inkt geschreven
vreemde tekens in een schuttingtaal
graffiti op de muren van een pissoir
na jaren vervaagd zelfs onleesbaar
doen vermoeden dat schrijver dezes

onaanraakbaren dragen de kist
voorop de man met de hamer
gerechtsdeurwaarders in frak
zingen een lied vol nostalgie
hier wordt een encyclopedist
stijlvol ten grave gedragen

ik droom – joost de jonge

Ode aan Jean Cocteau

I

Het enig werkelijke
Ben ik, zelf in de crypte
Van mijn eigenheid

De driehoek slaakt een zucht
Een zucht in glas tussen lood
Goud, geel, groen en blauw licht

Hier nemen wij afscheid
Van hem die nu de doden nader aan het hart ligt
Voorheen was hij een en al levenslust
Jong en vol dromen sterk en
Bezwangerd door al wat moest komen

Het groene licht vluchtte zojuist
In een verbogen voluut

Ik herinner mij de kracht
Van jouw zinderend vergeten
Van jouw ziedend stoomwit
Gestaalde gedachten

De vrouw die jouw schede was
Hoefde niets te verwachten
Zij behelst de drang van jouw groei

Tot in de kleinheid van herkenning
Tot in het kleine voelen
Tot in het stille bloeien
Van planten in de tuin
Tot in het oneindig doorgroeien
Van het aantal sterren
Aan het begin van de avond
Je omhelst hun schittering
Je stort je blind
In het verlangen
Naar hun glans
Gedwongen en onteerd
Alsof niets van al wat ik zei
Je kan veranderen

Zonder woorden ben ik niet vrij
Dacht je bij jezelf
Nee, je schreeuwde het in je hoofd
Ik hoorde je

Gekweld door kleinigheden
Gekweld door lasterlijke taal
Een mens is in zijn streven
Altijd ondergewaardeerd

Mijn ziel, de kinderen
Zij plooien hem in de
Duistere krochten van hun
Onberispelijke lofzang
Jij bestaat net als ik
Net even iets anders
Ik droom

II

Het goud van glas
Dat nu over je ligt
Streelt de plooien
Die giechelend schroeien
In de dans van jouw liefdesspel

Zoals zij glooien
Gladgestreken, dat wel
Als een antwoord
Je verslinden van top tot teen
Ik droom

Ik droom zonder schroom
Van een warm bad
Van klotsend vloeibaar goud
Dat mijn geest likt
En mij vult
Al mijn openingen
Zachtjes kussend binnensluipt
Hoorde jij mij
Of ben jij mij geworden

Ik droom


III

Dwang drukt op liefde
Van een onderdaan
Dwang drukt op de levenslust
Van een onderdaan

Een hersengolf die je
Bijna om doet slaan
Rijs nu, ga staan
En eer dit dode lichaam
Was het bijzaak
Dat je hier nu ligt
In een beschilderde kist
Gesloten, jij bent al naar huis
Wij eren hier de
Voetafdruk van jouw ziel
En zijn verwonderd
Dat je bent vertrokken
Wij zijn bang om te erkennen
Dat jij niet jouw lichaam was

Ik droom

* – maaike klaster

Mijn vader zwaaide mij uit
voordat ik ja kon zeggen.

Als de auto met de kist ons huis
voorbij komt rijden, jankt de nieuwe hond.
Eeuwig weerzien met haar oude baasje.

Een lijk terug naar huis rijden
om iedereen te laten weten wie er dood is,
zodat wij vanuit de rouwstoet naar buiten
met David Bowie uit volle borst mee kunnen fluiten:

Let’s dance, put on your red shoes and dance the blues,

zodat we weten dat alle huizen zullen huilen,
zij mijn vader de laatste keer thuis zullen wuiven.

van crematiecake en grafgebak – stijntje van der wal

het was overgebleven van een begrafenis
zo zei ze, onbevangen en oprecht
“zonde om weg te gooien, toch?”
’s ochtends naast de kist
’s middags naast de thee.
wie was die dode, vraag je je af
wiens cake eet je,
in wiens medeleven bijt je?
gele gulheid op wit met grijs
restant teraardebestelling
van besnotterde vingers, en
geur van gedachtenis.
tja, hoe smaakt een uitvaart
van net geleden en berouwd?
ik zag haar kijken
mijn thee werd koud
onmogelijk te slikken
proefde grafgebak
doodsbenauwd.

vergissing – jan holtman

ik spot nog met de dood
kijk zonder angst naar
dicht geplakte lippen

slecht gegoten pakken
vaak te groot

alsof hij slaapt zegt iemand
schoorvoetend langs de kist

hij zou nooit in z’n beste
pak gaan slapen denk ik

de jongste kleinzoon legt
een tekening op zijn voeten

voor Oma stond erop

over de loop der dingen – jos van daanen

Bij de bank in het park
haalt de man zijn adem,
schichtig, in zakjes
van twintig grammen

zijn vrouw telt haar schreden
maar heeft niets met cijfers
noch met de afstand tot haar huis

een zoon praat op een kist
over wind en blaadjes
een duif slaat de woorden op
en koert haar bewondering

er schijnt nog zon over
de stad wacht geduldig
tot de man is opgelucht
de vrouw is uitgeteld

de kist begraven is.

zinloos (adieu) – metha

Nog eenmaal kijkt zij achterom
geeft de laatste uren enkele
verschillende klanken die klinken
als een klein restje wijsheid

wanneer seconden bijna vertraagd
naar morgen lopen gooit zij
snel een medeklinker in de kist
waar, om de zin van de allerlaatste zin
te doorgronden, de schop over gaat

een rode roos bloeit
de doornen laat zij achter

samenwonen – bennie spekken

het hoofd schuin de ruggen af
een stoet van titels een groot gevolg

totdat er iets verandert lolita
staat nu naast de tunnel en het licht

op weg naar het einde ingeklemd
tussen vorige levens en één met god

en de steppewolf vrees ik
ergens op zolder in een kist