er zijn plaatsen
waarheen je om
namen in hout
waar bomen in kasten
liggen naast woorden
die stutten en wangen
doen keren
waar deuren en ramen
besloten in codes
buiten de plekken
die raken
in kleur
er zijn plaatsen
waarheen je om
namen in hout
waar bomen in kasten
liggen naast woorden
die stutten en wangen
doen keren
waar deuren en ramen
besloten in codes
buiten de plekken
die raken
in kleur
Het rommelt
tussen sterren.
Ergens schrijft een god
een wereld af op een kantoor.
In de kasten zware boeken
omslagen van leer.
Er zit een monnik
met een ganzenveer
hij schrijft
een nieuwe wereld over, zucht
kijkt naar de lucht
en ziet een vogel
met een takje.
Blijft maar staan. Net als wij gehecht
aan vaste stek, de dingen op hun eigen
plek. Stof dat dommelt onder kasten,
boeken, vloerkleden, het waterbed.
Baarmoeder van heimwee.
Vesting voor geschreeuw, gezwijg,
voor kamerbrede tripjes van verlangen.
En altijd in het licht een tafel
om te leren delen.
Zelfs onbewoond nog wachtend op
gemorrel van een sleutel in het slot,
op digitale klokken stil van tijd verschietend.
Leeg of niet, pal achter ramen tikken ze:
seizoenen die in file door het uitzicht gaan –
Recente reacties