Resultaten voor het trefwoord jelou

tomeloos – jelou

Hoe hoog nog kan het dak
mijn schreeuw de wind doorklieven
de tijd voorbij gereisd
een zucht in lucht bewaren

een wachtwoord vol met hoop
houw ik uit grauwe muren
de hamer vastberaden
de code in jouw kleur

ik oefen baringsweeën
als wou ik jou opnieuw
als zouden twijfeltouwen
jou nimmermeer verstrikt

mijn hand omvat de rand
waarop je glimlach wankelt
het glijden onvermijdbaar
tot daar waar wind zich keert.

muze – jelou

Ik heb het wit gekierd

voorbij het dralend peinzen
een zinsnede gegrift

behoedzaam kartelranden
geraffineerd ontplooid,
opdat jij geen kwetsuren

Ontwaak en daag mij licht

verwek verscholen woorden
tot een herboren beeld

mijn handen vruchten dragend
langs lijnen ongevuld,
het wit opnieuw bezieling.

voor morgen – jelou

Als je morgen doodgaat
je glimlach lijkt verstomd

je ogen zo verdomd
onzichtbaar, je gelaat
een dichtgeslagen boek

waar ik jouw zinnen zoek
in huid van perkament

je blikken afgewend
naar verder dan het hier
waar ik niet reiken kan

zo zal ik deel daarvan
en immer jou nabij

in wat jij schreef en zei
je lach een ornament
voor morgen en wat later.

met ons de zondvloed – jelou

We hebben brood gedeeld
in kilometerstanden

Ik hapte jou , jij mij
en boter smeerde vegen
langs de ruitenwissers

We zwaaiden naar twee
dooien, de lach verstopt
in onze handen

Sporen zweet ontnamen
ons het zicht, maar jij
was wijs en likte alle ramen

Je kuste mij komijnekaas
al had ik geen verstand
van mode

Ik had mijn eigen tanden nog
en jij je acculader.

geroerd – jelou

Ik heb ze dichtgedaan
onze bevruchte ogen

ze liepen vol met water
en de kamer stroomde over

we nestelden de bank
de opgetrokken benen op
het droge

dit is geluk, dacht ik
terwijl de kat voorbij zwom.

arriva-tijd – jelou

Ik check in op het perron
verkeerde paal
maar weet ik veel

mijn step-in een tree te hoog
voor een bekneld
coupé-gevoel

ongezien zoek ik de pijl
die richting geeft
aan hoge nood

ik zijg neer op giroblauw
een cirkel rookt
het raam voorbij

godzijdank mag ik nu gaan
het watert mij
Arriva-tijd.

abstract – jelou

Je stelde mij een vraag,
zo eentje die heel kort maar
krachtig
zoals je dat wel vaker doet

en ik,
mijn hoofd vertalend in
waarom en hoe het komt
dat dingen zo gebeuren,
verdwaal in duizend zinnen

van hoe het nu
en voordat je geboren,
waar toen de zon en ik de
weg insloeg die leiden zou
naar wat ik wilde weten

hoe jij dat zou
wanneer jij vroeger was
en ik net andersom

zo eentje die heel kort maar
krachtig
zoals je dat wel vaker doet

verzuchtend met een lach
dat één zin al voldoende.

hoe zou jij – jelou

Nu ik je schrijf
bedenk ik mij hoe jij

als ik je tegenkwam
zomaar op straat
en wat ik dan zou

schrikken of totaal
verbouwereerd
staren naar jouw ouder

en of jij je
zo dood gewoon zou
verbazen over hoe ik

je beeld al haast vergeeld
in wanneer jij verging
de dagen vul met al

wat slechts herinnering
en immer nog kan komen.

anderstalig – jelou

Ik zie wel dat je mond
verbanden tracht in flarden
in losgeschoten woorden

je zoekt een beeld in stukken
van hem of haar, en telkens
weerklinkt een nieuwe vraag
die ik enkel gedacht

je handen vinden steun
in spelen met een touwtje
als draaien zinnen soepeler ineen
zonder te kijken
als maakt de kleur waar ik van hou
jouw plaatje plots compleet

en zomaar uit het niets
ontwapen ik je blikken

wie ben jij eigenlijk, roep jij
dat vraag ik mij al jaren
maar ik denk veel te moeilijk want
jij wilt gewoon mijn naam.

geleide – jelou

Als ik blind was
nam ik een hond
ik zou hem Bello noemen
maar dan een beetje anders

hij zou niet aangelijnd
dat niet
want Bello’s doen naar weten

ze ruiken lont
aan schorse bomen
en volgen gras
waarin het juiste spoor

mijn voeten zouden licht
maar krachtig dragen
mijn hand gebaren
dat blaffen mij verstaat

vooral het aaien
dat vooral
want Bello’s kunnen voelen
waar ik mij blind op staar

een losse tegel
een scheve blik
of aangeschoten mensenwild.