Resultaten voor het trefwoord jan gutman

de dichter – jan gutman

Hij schildert met woorden schimmen uit zijn hoofd
en probeert ze te slijten door ze
op bomen en deuren te timmeren.

Maar niemand merkt ze op en onbewogen
verplaatst hij zijn plaaggeest
in het schrijven van nog een strofe.

En zo tamelijk onschuldig
gevangen tussen regels in een niet kunstzinnig relaas
leeft mijn leven gemoedelijk samen met mij

en noemt men mij dichter maar denkt aan dwaas.

eeuwige jeugd – jan gutman

Terwijl de wegen zich verleggen
het einddoel diabolisch verandert
loop ik in een rechte lijn door het leven.
Achter me kronkelen voetstappen als
dronken stempels in het zand.

Daar waar de tijd de wijzers met
zachte tikken de paden laat slaan
ziet hij me dieper in mijn jas kruipen
sjaal zorgvuldig om de nek geknoopt.
Het mag nog geen winter heten.

Dat wil ik domweg niet.

december maand – jan gutman

Lucifer brandt volop in de huizen
en de warmte druipt van de kaarsen af
Bomen gloeien het jaar uit terwijl het
licht terug de hemel in geschoten wordt.

Jezus is al lang weggemanaged
Economisch niet rendabel.
Aan zwavelstokjes brand je je vingers
maar die groeien in januari wel weer aan.

ochtendritueel – jan gutman

Als de ochtend door de ramen
naar binnen stroomt
verdrink ik in haar geluiden
en kom langzaam tot leven.

Naast me, in serene rust, lig jij
aan de dag nog niet voorgesteld.
Ik fluister je naam en je gezicht
plooit zich moeizaam in de morgen.

Buiten fluiten de vogels
het ochtendbulletin.

winter – jan gutman

Even was je huid door kou
bleker dan wit weggetrokken.
De bedekking lag als een verstikkende
laag over je gezicht.

Je bewoog niet. Droeg de dagen
onveranderd weg langs de tijd.
Ik hoor dat je de kinderen
troostend verhaalt:

Voel maar. De warme zon druppelt
de deken van mijn gelaat.

opstanding – jan gutman

Net zoals het water lijnen trekt in het landschap
schrijft de tijd ze in mijn handen en
voel ik haar erosie als langzaam sterven.

En bij het ontspringen van iedere lente
sterft de eeuwige bron dorstig.

Jij verstopt een ei en tovert een haas terwijl
ik de zware steen afwentel en verdrink
in het leven als mijn rimpelige hand
het water voelt.