Resultaten voor het trefwoord huid

aurelia – iniduo

is er een ochtend na nachtbraken
is wat niet kan ook wat niet wil
deze tango zonder lijven te raken
vroeg de maan aan de aarde stil

een jaar met louter schrikkeldagen
kent ook uren van verborgen leven
die zich nooit zonder te vervagen
aan de openbaarheid prijsgeven

nachtvissers blijven water verzwijgen
zodat bovendrijven geen moeite kost
en geen rimpel in gladde huid kraakt

het is de adem die geen geluid maakt
zodat elke zelfbelofte wordt ingelost
Kan ik ooit grip op mezelf krijgen?

de mossel is al heel gauw blinder dan de steen – jos van daanen

Ik kan je niet meer lezen
zei de mossel tegen de steen,
je gezicht is te verstrakt en je wezen
is diep weggezonken in je huid.

Gisteren kwam je nog zo heerlijk langs
mijn randjes schuren, sleet je nog
mijn scherpe kantjes, klopte je op mijn rug
om te kijken of ik binnen was.

En nu lijk je me dan zo verlaten
en voor eeuwig in jezelf gekeerd,
mijn lief, mijn steen, mijn ooit
zo gladgesleten zielemaat.

code onbekend – florimond wassenaar

de vingers vast in de geldautomaat
de kaart afgebroken, geen service nu
patat koud, de sokken nat, tas gestolen
de zinnen losgeweekt uit een kroeg
ik kan mijzelf niet meer bewijzen
existentieel van het papier afgewaaid
bestolen in een draaideur, geen bereik
apps schieten te kort, waar ben je?
help mij, geef een dollarteken herken
mijn spelling, de dictie van de wanhoop
geef me je code, ontruim me dan
geklinkerd, gestrand, ingepakt, verpand
vouw me open als een biljet, weet me
zoals ik jou weet, laten we feiten zijn
je laatste sigaret? geef me die dan
neem mijn vlees en eet, ik ouwel jij geest
lief ontsporen, val zonder eind, ver land
herinner mij, stel me voor zoals ik hier
kijk mijn ogen ze staan los van mij
ze dwalen af, je verlaat me al, ik voel het
spijt, bitterzoet in de zon, rauwe huid
van het zout, de aarde staat op springen
en nog verga ik niet, het blijft wringen
je brandend haar, je handen in een sopje
klaar om gelukkig, waren we maar
een oogopslag gevuld met de geschiedenis
je reinste, alles, ook je haarkleur,
het verschiet, waar ben je, maak me los
vergeet mij niet…

mater universalis – pastuiven verkwil

blind universum
doof geluid
om mij
dwingt naar kern

voel met heel mijn huid
de essentie
de wanden van de geboortegrot
het levenswater

de streng
wordt pas afgesneden
in tussenmist
hier
naar
daar

waar de oermoederkoek
compulsief
het leven leeft
geeft

verstekelingen in een fles – sanja simunic

zo, zei vader opgeruimd
nu gedragen wij ons als kaaskoppen
en gaan naar zeeland met vakantie

we zongen van dansen aan zee
we groeven een kuil voor een duitser
we aten boterhammen met zand

we ploegden door het rulle duin
zagen de zon achter dishoek ondergaan
stonden oog in oog met michiel de ruyter

we kenden alleen het land achter de horizon
onze pier was met schapebloed bestreken
snel gevuld onze kinderhand

alleen onze huid wilde maar niet verbleken
al smeerden we nog zo veel zonnebrand
of aten muisjes van de gruyter

’s avonds borgen we schep en vormpjes weer op
moeder sloot de luiken
we konden geen mosselen meer zien

thuis best – jan bontje

de goudvis zwemt
van west naar oost naar west
en andersom
gedurig maar ongedurig
rondjes
in zijn kristallen kom

ontdaan van zijn huid
-want bladgoud is goud waard-
zwemt hij tegen de klippen op
ont-komt
en belandt in zee
waar hij op de rug van Neptunus
een odyssee maakt
richting de maan waar men
hem vriendelijk ontvangt
en wegwijs maakt in het universum
waar hij vanaf nu thuis is
samen met de bewoners
van de Andromeda- en Paardennevel
en Neptunus de planeet
die verdraaid veel lijkt
op de kristallen kom
waar hij ooit in zwom
zodat-ie een déjà-vu heeft van jewelste

na enige lichtjaren keert hij terug op aarde
en stelt vast dat de mens geen steek verder is
behalve dan met de vaardigheid
om nog beter maar vooral goedkoper
genocide te plegen
money makes the world go ‘round
citeert de geldhandelaar met de gouden tanden
in zijn eclectische cabrio zonder wielen
want de techniek must go on

de goudvis besluit vrij willig
terug te keren naar zijn kom
(terwijl zijn eigenaar tevreden lacht
en niet bemerkt heeft dat hij weg was
zwemt hij voortaan gedurig zijn rondjes)

de hand – merlijn huntjens

een hand buigen, breken willen desnoods
maar hij haakt; onmogelijk is het verroeren,

of het vervoeren. het zwaaien naar de mensen
aan de overkant, het brieven schrijven voor ze,

overzees. of tekenen in het zand aan de rand van
je eiland. de andere van de twee, bewegelijk
is te druk in het haar door zorgen. de huid

neemt gemakkelijk afscheid van de wortels onderaan.
zo hoort ze een klein geluid bij lostrekken. en een schip.

een bink aan dek bewoog zijne, rakend alle maten
op de schouders, de slapen, in de magen, maar ze zagen;

dit is prachtig.

ze zwaaide terug.
ze genas.

vakantieliefde voor gevorderden – martin knaapen

Vermoeide bomen
verschieten droog van kleur.
Vroeg oud geworden bladeren
strompelen, buitelen
over het vergeelde veld
vol spijkerharde distels.

Onbarmhartig zuigt
het felle licht
de laatste restjes vocht
uit de scheurende bodem.

Vogels vluchten dieper in
heggen en struiken
en zelfs de hagedissen
duiken dieper
onder de hete stenen.

De stroom wordt poel
en in de diepste kommen
schuilen vis en
amfibie.

Schaduw trekt een
scherpe grens tussen
leven en dood
en verliest terrein.

Hoog op stijgende winden
wachten cirkelende
gieren
tot het leven valt.

Traag stroomt mijn
dikke bloed
onder de dorstige,
pijnlijk barstende huid.

Denken stopt waar
slaap waakt,
tot zachte nevels
uit de bergen dalen

en jij
je koele hand over mijn wangen
strijkt.

je zegt – martin knaapen

Je zegt
dat je blij van mij wordt,
dat ik zo goed kan luisteren
en dat ik er altijd
op het juiste moment ben.
Je zegt dat ik er steeds beter uitzie
ondanks mijn grijze haren
en dat je altijd zo
om mij moet lachen.
Je zegt dat je alleen bent
en een maatje mist,
dat je iemand mist
om mee te vrijen.
Je zegt dat je niet weet
wat je zonder mij zou moeten.
Je zegt dat je je veilig voelt
bij mij.

Ik zeg dat je
geweldig bent;
dat je altijd bij
mij terecht kunt;
dat je er fantastisch
uitziet,
ondanks je oudere huid
en je slappere billen.
Dat ik altijd van je heb gehouden.

je lacht
je kijkt
je kijkt zo lief

Je zegt
dat je altijd al
zo’n broer had willen hebben

{ zucht }

3 – maaike klaster

conchita - maaike klaster
 
Shampoo tussen mijn haar en hand.
Het parfum verdampt, een vleug van een droom uit mijn jeugd.

In Italië op het strand, met mijn handdoek bijna in de branding
ontdek ik de geur van zonnebrandolie op een gebronsde huid.
Dit is hoe vrouwen in bikini ruiken als zij iedere dag in zonlicht baden
– en de zee ruist.

Hier sta ik op een granito vloer met de zee weer aan mijn voeten.
Het water dat langs mijn roze huid stroom, schuimt, en ik weet
dat het niet te laat is, dat er een branding in mij huist.
 

 


uit: Verhalen van de derde etage van Maaike Klaster met illustraties van Studio Zoveel.