Resultaten voor het trefwoord hard

voldoende – janet van leer

Ik neuk niet
om religieuze redenen

Ik neuk niet
voor de kinderen

Ik neuk niet
omdat het leuk is

Ik neuk niet
voor een beter klimaat

Ik neuk niet
als sportiviteit

Ik neuk niet
tegen betaling

Af en toe
laat ik me nemen

Hard en stevig
zonder pardon

En dat is dan
voldoende genoeg

momentum – martin m aart de jong

Het is een dag die vraagt om korte zinnen. Beginnen met “liefde” en “pijn”. Alsof die twee nooit Siamees samen kwamen op de kattenbak en in de zomers; een feest was het niet. De krabbende palen, de krijsende manen, de daken die eindeloos waren, van schoorsteen naar schoorsteen van muren en schuren door andermans tuinen bespoten, begoten, verjaagd en besmeurd voor de liefde, de liefde, waarvoor je zocht en hard vocht naar buiten bracht want binnen was het warm, binnen in de schede waar het zwaard in ruste kwam was even. Buiten ging de tijd in duizend zomers tekeer. Vroeg een mens om korte zinnen. Om mee te beginnen. Tijd te winnen. Voor iedere keer.

gericht I – bassie van der laan

toen ik haar zag
werd ik wild

eerst gewoon geil
later aangeschoten

het is toch bezopen
dat je als vent

niet eens niet
je behoefte

heb haar gepakt
hard en krachtig

kwam dat ventje kijken
had ik geen zin in

satan’s hoekje – maaike klaster

Waar het altijd heel goed toeven is (Dat was een grap, voor wie het niet
begrepen had, en voor alle duidelijkheid: ik heb het hier tegen de duivel,
dames en heren critici. Of u moet zelfs die tegen mij in bescherming
willen nemen, natuurlijk.)

 
 
1.
 
Hahahahaha, ik moest oprecht even heel hard lachen,
ook al was het helemaal niet grappig. Dacht je dat ik
bang was? Ik vreet die duivel op met huid en haar en
schijt hem recht in zijn eigen gezicht weer uit. Die
broekpoeper is bang voor zijn eigen drollen. Doe die
bek open, lieve schat, dan poep ik je helemaal onder.
Roep haar maar, roep je moeder. Nu word je bang, hè?
Omdat je nooit geboren bent, kun je ook niet sterven.
Geen enkele angst is angst voor de dood, maar altijd
weer dezelfde duivel die zo ontzettend graag mee wil
spelen en dan heel hard roept: Slot op de pot!!!
 
 
2.
 
Sorry, ik dacht dat jij een man was. Jij liet je snor toch altijd staan?
Ik weet zeker dat jij van mij jouw Little Bitch wilde maken. Goh,
ja, ik kan, kon, twee woorden Engels spreken, kon het altijd al,
meer dan twee. Was jij in L.A.? Jij wel! Nee, Daddy’s Dearest, jij
zat in Het Land Der Goedkope Hoeren een vrouw als ik op afstand
in haar gladde gezicht te schijten. Voortaan beter mikken, lieverd.
Veeg nou die snor maar af.
 
 
3.
 
SEE YA
 
Hoe groter de haat, hoe groffer ik lijk te worden.
Hoewel ik zelf eerlijk gezegd niets grofs tussen
mijn woorden terug kan vinden. Die pen is een
zuiver zwaard en het enige wat ik naast schrijven
doe, is een schild ophouden zodat de lelijkheid
die op mij werd afgevuurd netjes afketst en tot de
rechtmatige eigenaar wederkeert. Noem mij de
vrouw die van het kwaad een boomerang maakt.
Oh well, hello Australia!
 
 
4.
 
Steek dat enkeltje naar de hel maar in je zak of in de fik.
Dacht je te zullen branden? Vuur is lief.
Waar jij heen ging, bestaat geen warmte, bestaat geen licht.
 
 
5.
 
Als je mij aanraakt, verander ik in mineraal gesteente, een zoutpilaar.
Niets van goud, geen hout, alleen ik en niemand’s adem om mij leven
in te blazen. Vandaag mag van mijn part zelfs God wegrotten in de hel.
Dat zei God zelf: Schrijf maar op. Niet dat het iets verandert, want
waar Hij/Zij/Het tevoorschijn komt, verdwijnt het niets en God naar
de hel brengen is wat ik steeds heb gedaan: met datzelfde zwaard het
kwaad uitbannen. Misschien was het altijd al de bedoeling dat ik tot het
eind der tijden oneindig alleen bleef.
 
 
6.
 
Goed, een laatste woord: dat jij graag in jouw eigen maaltijd schijt,
betekent niet dat ik jouw stront wil eten. Geef me een boterham met
pindakaas, zodat mensen kunnen denken: Hé, een broodje poep! –
of iets wat er op lijkt, en laat me dan alsjeblieft, alsjeblieft
de bloemetjes buiten gaan zetten. Omdat ik trek in jus d’orange heb,
drink ik sinaasappelsap. Variatie op een thema.

de beweging – mattijs deraedt

Bedankt aan de beweging,
want het is zij en zij alleen
die mij inspireert.

Nog meer dan het gonzende lichaam
dat blinkt in deze koude kamer.

Nog meer dan het lachen van een vrouw,
jong en vol onzin, maar geslepen
en rad van tong.

Nog meer dan het licht tussen mijn oren,
de geladen leegte na een bloedneus
of het prikken van een nieuw harnas.

Nog meer dan de eindeloze bast die staat
en blijft staan, geolied deint onder liefde.

Nog meer dan dit alles
is het de beweging die me stuwt
en verrast, die me hard en week maakt,
die me wakker schudt en streelt
met haar spannende spieren.

En na de beweging rest alleen nog de slaap,
die maar niet komen wil.

ik – yvette rombouts

‘De vrouw met de rode haren, dat ben jij,’ zegt de buschauffeur.
Ik schrik, ik ben onverwachts gezien.
Schuifelend, gebogen, grijs en onzichtbaar maar wel met fel rood haar.

Ik weet niet waarom ik niet duidelijker ben.
Om alles wat ik heb gedaan.
Om alles wat ik was en nooit zou worden.

In mijn hoofd ben ik niet gezien, geen ruimte in nemen, wel gillen.
Praat niet met me want mijn stem is onvoorspelbaar.
Hoog piepend, zacht fluisterend of plots omslaand, veel te hard.

Nee, ik wil niet mee klagen over de te langzame caissières.
Maar jij, voor mij in de rij, met je blauwe jurk, dwingt mij.
Met mijn glimlach sluit ik een pact met jou, perfecte blauwe vrouw, tegen de caissière.
Vreemdeling zie mij,
Vreemdeling hoor mij,
Vreemdeling voel mij,

Vreemdeling negeer mij.

van boven gezien – kate schlingemann

ze schreef zich lachend naast je
in zwart of allebei

ze grinnikte een rode streep
een vuist wat bleek
was jij

je mond getekend op beton zo
hard zo onaanraakbaar hoog

ze moest wel blijven tot de muur
en alles was
gesloopt

buren zijn je beste vriend – laura mijnders

Mijn buren
komen uit Somalië en
hebben een manier ontdekt
om elkaar te tonen
hoeveel ze van elkaar houden
de 1 gunt de ander de sleutel
van het portiek niet
en de ander gunt de 1
de voordeursleutel niet
dus de post verstoft
beiden hebben maar 1 sleutel
van iets wat niet werkt
niemand belt meer aan
en ik draai de muziek
zo hard als ik kan

voor pablo – maaike klaster

1.
 
Omdat ik trek in fruit heb, eet ik een ijsje.
Zoals ik toen ik vijftien was voor het eerst met iemand lag te zoenen
onder een lange, leren gestapojas,
dat laatste was een grap,
maar wij weten wat wij ermee bedoelen.
 
 
2.
 
Buiten vinden we nog geen vlinders,
daarom zing ik er één voor jou, heel vals,
midden in de nacht, en jij lacht heel hard,
maakt straks nog iemand wakker.
Mij kan het in ieder geval niets schelen:
ik weet dat ik hierna weer heel lang moet wachten.
 
 
3.
 
Zoenen heeft niets te betekenen, zeggen ze.
Daarom mag je blijkbaar zomaar je tong in andermans
mond steken zonder veroordeeld te worden, laten prostituees
zich betalen voor seks zonder mond op mond contact.
Dit was beter dan wat wie dan ook ooit over seks heeft gezegd.
Ik weet tenminste zeker dat één van ons nooit beter heeft gehad.

* – maaike klaster

Omdat ik niet altijd zo hard kan blijven huilen
als ik vandaag heb gedaan, heb ik het vandaag gedaan.
Zo vinden wij elkaar eens, zul ook jij mij, zal ik jou
als een paardenbloempluisje los moeten blazen,
vinden wij elkaar in die ene zomer terug.
Ga maar vast naar huis, kleintje.
Mijn hart is er al.