Resultaten voor het trefwoord drift

op drift – b. vogels

Haar droom briest alle driften los.
Ze knelt de hengstige flanken.
De wervelende rug gebogen over holle wegen.

Het hinniken in de mist, haar manen in de schijn,
het klieven van de dreven.
Het draven van een op hol geslagen kruis,
het stomen van haar ros.

Die droom laat ze nooit meer los.

geestgefluister – monique methorst

Het huist in onuitgepakte dozen
een vlucht die me nooit bevrijd
ik zeul beestachtigheid mee

als gezelschap in slapeloze nachten
valt tijd te verwaarlozen
dwalend in het bos van een schilderij

over liefde… moet ik dat lezen
zoals drift op mijn lijf geschreven staat
brandend achter elke lach

is het niet te vangen in woorden
verdwijnt het soms met mij
als de werkelijkheid mij schaduwt

het is de stilte van mijn vaders hart
als ik luister naar zijn rake klappen
kruip ik bij de hond op schoot

in de tijdgeest waarmee ik fluister
lig ik met de hele wereld overhoop
grijs als de muis die mijn eten deelt

en mijn hart staat in het rood
zwijgzaam zal het niet uit zichzelf spreken

eenzaamheid is de rauwheid van stilte
waarin je als kind je geest hoorde breken.

expeditie – bert bevers

Wij bukken onder zware takken. Op weg.
Vuren smeulen, in urnen. Neen, wij zijn
de uren niet vergeten van dans en zang,
van gebraad en van gerstenat. Drift volstaat

nu. Als dood tussen de dagen verdwijnt riet.
Wij zien water, veel water. Onze borsten nat,
onze hoofden vol van verovering. Stil als leder
is de betovering. Onze peddels staan stijf

van onbekende dromen. Wat ginder wacht gaat
nooit meer weg. Hol als lege vazen waadt ons
verte tegemoet. Er zullen lang verhalen worden
verteld. We moeten ons vermannen. Grommend

smeden wij bronzen plannen.

vertrek uit de tropen – roop

een handgeknoopt strand
onder een blauwe zon
twee brekers op drift

er was een eiland
na honderd jaar zwemmen
jij schreeuwde mayday
ik sos
we werden een
we werden zo veel

de zon vergeelde
het strand kreeg vlooien
een storm sloeg ons uiteen

in mijn verte weet ik nog
de warmte van die koude ster
en dat we nooit stierven
we gingen