Resultaten voor het trefwoord dichter

ik ken de zoon van een heilige – delphine lecompte

Ik ken de zoon van een heilige die is gestikt in de vacature van een vuurtorenwachter
Dichter zal ik bij een heilige niet geraken
De zoon van de heilige is noch vroom noch vuurtorenwachter
Hij is gewoon een necrofiele tegelzetter
Hij was nog maar vijf jaar toen zijn vader is gestikt.

Hij was toen nog geen tegelzetter, maar hij had wel al necrofiele neigingen
Na de dood van zijn vader is zijn moeder hertrouwd met een doffe pantoffelmaker
Hier kom ik op de proppen: ik was de minderjarige minnares van de pantoffelmaker
Bij mij was hij nooit dof, wel integendeel
Toen de necrofiele bijna-tegelzetter een kapotte eierkoker wilde dumpen
In het tuinhuisje trof hij ons aan in een onzinnige verstrengeling op de vloer.

De zoon van wijlen de vader krijste: ‘Als dit seks voorstelt, dan nee, nooit!!’
Ik beet terug: ‘Het ziet er lelijk uit, maar het loont de moeite.’
Maar ik geloofde mijzelf toen al niet
Sindsdien zijn we bevriend, de necrofiele tegelzetter heeft alles doorverteld
Aan zijn moeder, aan de mijne, aan zijn huidarts, aan de mijne,
En aan de naargeestige vuurtorenwachter, de vuurtorenwachter van de vacature.

Ik ken de zoon van een heilige die is gestikt in de vacature van een vuurtorenwachter
Dichter zal ik bij een vuurtoren niet geraken
Ik ben noch necrofiel noch tegelzetter
Wanneer ik ’s nachts de bloemetjes buitenzet vergeet ik niet te bloeden
Overdag verveel ik mij soms stierlijk, dan bel ik aan
Bij de necrofiele tegelzetter, hij opent de deur, hij zegt:
‘Kom binnen, kom binnen! Zo lief dat je drie marmotten hebt meegebracht.’

september – b. vogels

het park leunt achterover
de vijver lijkt me dichter
aan te kijken
onze rimpels zichtbaar

in het duister van de spiegel
groeien schouders naar elkaar
een blad drijft voor mijn mond
het wordt stil
in zoveel diepte

* – christos makrigianis

De nacht slaap niet , de maan nu in
vergeten waan. De glinsterende wezens gevangen
in het zwart. Wie, wat zijn ze en hoe
verslagen en ontvangen in de nocturne
pracht. Een vrouw stapt uit mijn zicht
de synthese van de vlam in.
Ze zwicht taal, woorden de uiting van het groene
tapijt raakt tast haar nu aan. Buiten staat hij dan,
de vrouw ter aarde. De poort tot het bedrog,
de tijdslokkende ondergang van ons voortbestaan
in gesloten. De omhelzing met de aarde gaat
de poëet ook aan. Twee wezens in groen,
als vergeten glinstering in zwart.

Open zijn de ogen ontdaan, de nocturnale
pracht heeft zich nu tot rust laten komen.
Het strand boven is weer aan het stromen.
Lautreamont zou walgen, het zwartgallige is ontdaan.
De lichamen keren zich er toe, zicht in zicht.
Nu is de dichter die zwicht. Duizelig ter
plekke, is het moment tijdig, en snel
vergaan. Alles is niets. Woorden,
symbolen van de uiting van onzekerheid
bedrog is niet meer wat er ter sprake was.
Nu uit tijd gegrepen, de herinnering later, ontgaan.
Een gezamenlijke adem in, een adem uit.
Was het maar zo verlopen, zo gegaan.
Woorden hebben mij verloochent, van mij
en affectie ontdaan. Nog steeds gesloten
in de stoel, de leegte staart nu mij aan.

doorgeladen woorden – martin b

Mijn huis is twee keer leeg.
De bomen komen nooit binnen.
Ook al ben ik dichter.

De maan wil niet wachten.
Heeft geen kind aan
een sterveling zoals ik.

Daarom storm ik door de dagen,
maak ik van iedere wolk een tweeling.

Jullie leven.

discotheek – calvin smith

Manieren kruipen over generaties in dansende eilandcirkels

Alle mensen kroelen hun handen in de lucht
waar de muziek liefde verkoopt uit de zee
stromen vrouwen met stoute blikken vrolijk
lijken de golven te kabbelen over mij heen
waar mijn ogen nog altijd rustig blijven voor
een jongen die achttien jaar in talent loopt

Waar zullen de sterren van vandaag Calvin in het verleden aanspreken

Briefjes van 50 likken de bar voor een moment
van genot spot lot laat mij even verder houden
van rondingen in bewegingen voor mij alleen
is het ritme niet het begrijpen van ogen tellen
we grenzeloos zonder enige tijdsbesef voor
een jongen die achttien jaar in talent loopt

Voor de beste dichter is gesprek stof genoeg onder de druisende clubs

struik in je onderbuik – janine jongsma

Ik heb niets met dichten in hoogdravendheid
Pleur op, met je weeïge zeegezicht
Je uiten in elitaire verhevenheid
Bij de eerste zin raak je me kwijt

Ik wil door echte jongens worden bemind
Schaamteloos bij de strot worden gegrepen
Puur en rauw in één klap worden vastgepind
Door datgene wat mij met de dichter verbind

Dus rot op, met je wazige woordgebruik
De toverhazelaar plant gewoon regelrecht
Zonder geurende bloemenknopjes in ontluik
Een snoeiharde struik in je onderbuik

– gratis crowd funding advertentie –

TEKST/FIGUUR is een initiatief van MASHVILLE (Adam Oostenbrink) en de Rotterdamse dichter Daniël Dee.

De gedichttekeningen van Lucebert vormen de inspiratie; de experimentele cross-over verbeeldt het streven om mensen vanuit verschillende achtergronden samen te laten werken. Bij een eerder project genaamd See-A-Sound werden producers/muzikanten en kunstenaars met elkaar gecombineerd. In dit project wil MASHVILLE (in samenwerking met Daniël Dee) een volgende stap zetten en zien of 21 getalenteerde beeldmakers en evenzoveel dichters in staat zijn Lucebert te evenaren, en een organische wisselwerking tussen beelden en de woorden van een gedicht tot stand weten te brengen. Het streven is om de resultaten te bundelen in een uitgave.

Er wordt een unieke werkwijze gehanteerd: wij willen de dichters en beeldmakers een relatie aan laten gaan, waarbij zij elkaars werk beïnvloeden. De (tekst/figuur) schetsen gaan net zo lang heen en weer totdat beide partijen tevreden zijn over een eindresultaat.

De uitgave (een ambachtelijk produkt in beperkte oplage) zal gepresenteerd worden tijdens Poetry International 2013 te Rotterdam, daarbij voordrachten van enkele deelnemende dichters en een expositie van de werken.

Deelnemende dichters:

Anne Vegter, Stefan Nieuwenhuis, Karel ten Haaf, Hans Kloos, Tsead Bruinja, Willem Thies, Krijn Peter Hesselink, Meindert Talma, Andy Fierens, Max Temmerman, Sylvie Marie, Bianca Boer, Lucas Hirsch, Ruben van Gogh, Daniel Dee, Xavier Roelens, Ellen Deckwitz, Ester Naomi Perquin, F. Starik, Peter de Groot, Wim Brands.

Deelnemende beeldmakers:

Erik Kriek, Collin van der Sluijs, Superelectric, Eva Blaak, Daan Botlek, Crabsalad, Job Wouters, Pony Design Club, Trapped in Suburbia, Merijn Hos, Mister Adam, Max Kisman, Zeloot, Emanuel Wiemans, Gino Bud Hoiting, Jelle Martens, Niessen en De Vries, Catalogtree, Peter Pontiac, Tammo Schuringa, Eva Vermeieren.

Volg het project:

http://tekstfiguur.tumblr.com/
http://www.facebook.com/tekstfiguur
http://www.wemashville.com/
http://www.danieldee.nl/

waarschudding – martin m aart de jong

ik zei nog als de dag het doet de dag het doet dan is het goed wat mij betreft er hoeft niets worden recht gezet hangt china scheef dan hangt het maar en hou het op denk aan elkaar je moeder en je vrouw je kinderen zet komma’s neer tegen verval praat door en consumeer hou de tijd in de gaten stop bij tachtig blaas je adem uit ga liggen trek de aarde als een dekbed om je heen dit leven is een maximaal instelbaar streven een dichter heeft een stipnotering nodig om gezien te worden als je opvalt ben je iemand als je door blijft struinen in de ren ben je af naar de lopende band gaat tok je kop eraf je lijf gedeeld en diep gevroren je bent je was je bent je was kies zelf maar maar zeg niet dat ik je niet gewaarschud heb jij kwam hier voor dit leven.

de dichter, verliefd – ellen vedder

worden doet hij niet meer
Al zijn er huiden genoeg
streeploos wit, de haren verlicht
honing stroomt en koude voeten

zij passeren zijn gebarsten deur
kloppen soms, klingel meneer!
Een zwaar voorhoofd en spikkels
vuur, een tel bloed dat gonst

zijn ademhaling bevroren
O schat, o jonge klaarheid
‘t zachte in haar ogen, vluchten
voor zijn schaduw daar is

de dichter is dood – elsje de wit

De weduwe heeft op handen en voeten
al zijn gedichten bij elkaar geveegd
en afgelopen woensdag met pijn in haar
rug en knieën, drie zakken vol in
de oud papier container geleegd.