Resultaten voor het trefwoord cadans

cadans – iniduo

niet aan denken maar rustig ademhalen
en staren, in een digitaal universum

noem het afleiding, getemd landschap,
glazen stad of vliegend tapijt. Ze zwijgt

dan dat wiegen, die zachte deining
die naden in het glanzende spoor

die vruchteloze poging elk oog af te wenden,
de gedachte te verstrooien zonder te zwelgen

noem het verleiding, openbare vervoering
of noem het lust, lonkend tussen de rails

cadans – fred tak

de bedrogene
wist niet beter
dan dat hij onder water liep
onvast en traag van stappen
geduldig toch
langs scholen vis en wier

was het doorgaan
weerbarstig blijven voortgaan
als het noodlot
ogen glazig op de wal gericht

hij kende niet
de dwarse rust van lange nachten

het was van oren dicht
en nooit meer ademhalen

gare de bercy – bert bevers

Hier kom je aan voor de nachttrein naar Milaan. Voel je
dat de reiziger geoefend in begrijpen is, maar ook dat niet
iedereen paraat voor later is. Op perrons passeren immers
schimmen vol zichzelf, met weinig woorden. Hun blikken

zijn van melkglas, ongewis als dagboeken die geschreven
werden met terugwerkende kracht. In onze coupés gaan we
over tot ontrafeling. Van vreemdelingen de naam, van buiten
de huiver. En dan is er de cadans van slaap, een lichte want

we sporen door de bergen. We sommen daarin dingen op
die nergens toe dienen. Hinkelen met niemand anders dan
jezelf. Mussen tellen. Struiken strelen. Rivieren vol water

benoemen. Een hoorspel voor doven schrijven. Ik droomde
dat een farao mij schouderklopjes voor mijn fluiten gaf. Ik
weet dat ik mooi fluiten kan. Ik lijk dan wel een Engelsman.