Resultaten voor het trefwoord blozen

poco depri paradox – hans goudart

telkens als mijn adem stokte
bij elke huivering
en al mijn kippenvel.
altijd als mijn hart
op hol raakte of oversloeg.
alle brokken in mijn keel.
elk dat is even slikken,
ieder blozen, elke blos,
al het gestamel en gestotter.

elke blik en elke aanraking;
de hele verzameling
verwarrende beelden;
ieder woord
een woord teveel,
ieder woord
een woord te weinig.

alle hap-snap,
al het half-affe;
alle kladjes,
alle flarden,
alle losse flodders.
alle flitsen, snippers,
losse eindjes;
stukjes van een lied
wat ik ooit had willen schrijven.

alle foto’s oude vlammen
& de ongeschreven brieven…
hoe geduldig mijn papier.
alle lijstjes, titels,
boeken, films
& plannetjes
& voornemens
& alles wat ik allemaal
nog meer zou doen
& wat er niet van kwam.

herinneringen, namen, wegen, landkaarten
& het heimwee
naar de plaatsen
die ik nooit gekend heb.
& de twijfel ik of werkelijk geweest ben waar ik was.
mijn verhaal gezeefd door
een zelfreinigend geheugen,
vriend en vijand tegelijk.

al het onbeschrijflijks
in mijn machteloosheid.
elke prop en alle proppen.
mijn troost de drank
en het visioen van
een bodemloze prullenbak.

& verder
dat ik nu de tijd al mis
die nog moet komen.

zomer – b. vogels

Bomen blozen: een blos op de horizon.
De zomer lacht groen.
Zonder schroom gaat zijn zon, zonder
kleur van schaamte,
onder.

passage van vergetelheid – bennie spekken

je bent gezien vriend
met open ogen

in het zwarte gat
van je gedachten

in het centrum
van de machteloosheid

o naamloze nacht
van kunstmatig blozen

een liefdesschim heet je
berekenend welkom

je vitrineblik verraadt
je innerlijk bankroet

enkelvoudig – martin m aart de jong

Zal ik haar schrijven morgen,
zeggen dat het toch niet lukt
dat ik gebukt ga onder zorgen
last van rijmdwang heb en als

ik buk dat ik dan de flarden
van een gedicht ruik in de wind?
Of zal ik aanbellen. Een rode bos
met rozen in mijn handen. Losjes

blozen. Stamelen over woorden
als “jij” en “de enige”. Of
zal ik schrijven dat het toch

niet lukt. Dat alles toch gewoon
blijft zwijgen. Dat dat juist dat,
dat dat geluk.