Resultaten voor het trefwoord al

stromingen – c.p. vincentius

Aan de oevers van de volksaard drijft
de bastaard tussen het riet en zucht:

‘Ik ben al met al meestal het meest
benevelde onechte kind en beweer
met de richting van kreten mee naar
de draaikolk van emoties te drijven.

Zo ben ik één met stromingen en voel
me weggezogen met het gedobber
van al het andere wrakhout rond mij,
die eigen splinters weigeren te zien.’

buikspreker boven water – delphine lecompte

Op de duimknobbel van de buikspreker rust een kever uit
Ik weet niet waar zo’n insect van bekomen moet
Hoorbaar is zijn hijgen niet
De buikspreker niest
En de kever keert terug naar zijn rijstpapeiland.

In de tweede strofe mag ik een prozaïsche omelet eten
Het helpt niet
Dat de buikspreker een mooi servies heeft
Het eigeel verhult een kannibalistische pelikaan
Bijna verklap ik mijn diagnose op het juiste moment.

Het juiste moment wordt verkeerd
Wanneer de buikspreker een houten dier laat vallen
Net voor de grond wordt bereikt herken ik
De olifant aan zijn surrealistische elegantie
Pas na het herstel van de slagtanden praten we opnieuw.

De buikspreker gebruikt het woord ‘aquarium’ in iedere vraag
Ik antwoord op al zijn vragen: ‘Ik kende het wachtwoord niet.’
Het wordt avond omdat de sterren willen opscheppen
Somber verlaat ik het huis van de beenharde buikspreker
Mijn somberte vindt goddank een vallende ster.

Ik vind de gevallen ster in een plas ossenbloed
Hij heet Abraham noch Noach
Zijn tweede beroep was koorddanser
Mijn wens is verse huisdieren voor al mijn mannen
En de gulzige genezing van de enige moer.

De gevallen ster lost tergend op
Terwijl de ochtendzon het ossenbloed stolt
Tot de roestige tekening van een kever op een duimknobbel.

de russische aarde – harry m.p. van de vijfeijke

Wat zou ik van haar kunnen houden,
al mijn aandacht inzetten. Och arme. Haar wijze
en lijdende mond, haar waardige kont,
haar geste is rond als de Russische aarde.

Ik zou van haar glijden na het bestijgen,
zacht en met gave. Ik zou de dagen besteden
met thee voor haar schenken en zomaar wat
kijken naar haar.

Mij afzonderen even, laat in de middag,
voor een gedicht.

million dollar baby – jacob van schaijk

als je een keer in je leven
al was het maar even
een vogel bent geweest
een vlinder of een bij
een teddybeer desnoods
een schuiftrompet of altviool

hebt geklonken als de misthoorn
van een passerend schip
de kreet van een zinkend gevaarte
een nachtegaal of schorre kraai
als brekend ijs onder de schaatsen
van een oude man of kind

smaak moest geven als
roestig ijzer van een brug
een smeltend ijsje in de zon
een net geplukte braam
of aardbei uit de eigen tuin
een vleugje schimmel

en als je dagen bent geweest
waarop sneeuw viel terwijl
de wegen zinderden in de zon
je niet kon zeggen of het dag was
of dat het holst van de nacht
eeuwig duurde

dan, en enkel dan, als je
het allemaal hebt ervaren
en nog veel meer, valt niet
volledig uit te sluiten dat je
kunt begrijpen waarom dit
alles is wat ze nog vraagt

koeien in de mist – stijntje van der Wal

voetloos ging ik bij het grijze veld
verder weg van al de dingen
waarover men graag ziet en spreekt
dacht na over een vermoeden
want van het ware weet ik niets verneveld in een vergezicht, vernam ik
hoe scherp begrenzende lijnen
verwaterden in het ogenblik en
hoefloos, ja bijna pootloos
een ongekleurde waarheid vertelden
gewoon, zoals het was.

bedding – ton kurstjens

Ik wil rusten in de bedding
van een broodzachte vrouw
riant en warm foedraal
waarin mij gewikkeld

Ik wil schaamteloos
ondergedompeld in laveloze liefde
klodders Pollock
in feestelijke Chagall kleuren

ik wil kinderachtig
verdwijnen
strelen
snuffelen
snoepen

Ik wil blind
haar lichaam schilderen
in mijn gedachten

Een vrouw is abstracte kunst
voor zoekende mannen

Ik ben al die mannen
en ik zal zoet zijn.