schobbejak – hanny van alphen
gestruikeld en zeven maal geslagen
opgestaan hetzelfde beleven
de ene stem zal de andere vergeven
en opnieuw om absolutie vragen
verwijd de pupillen achter jampotglas
van huizen de ramen zwart omkaderd
verbergen huiden dicht genaderd
huivert een hoofd in stoppelgras
vergeefs de schuldenaren gezocht
luistert het nauw gezien het verlopen
van licht dat zich langs blinde muren vocht
het avonduur brak aan ijskoude grond
de wind telde zeven verloren knopen
krimpend aan de lek waakt een trouwe hond
Dat de thematiek van dit gedicht mij duidelijk is, zal je niet verbazen. Indringende uitwerking! De slotstrofe suggereert voor mij eenzaamheid. In `krimpend` lees ik een dubbele verwijzing.
Zo! Een sonnet! Gewaagd, maar helaas gaat het hier na het eerste kwatrijn al fout. Daar kan geen rijmwoordenboek wat aan doen!
Jan
Dank je Tijsterblom. Ben blij met jouw reactie aangaande de inhoud van dit werk. Wat de laatste strofe betreft: een zeer aannemelijke lezing!
Ja, ik ben me d’r eentje. Een sonnet zeg je. Ja, daar zou het op lijken Jan maar is het niet. Hoewel de meningen over wat een sonnet is nogal verschillen. Ik heb me aan geen enkele regel gehouden in dit gedicht.
Het gaat voor mij dus helemaal niet fout in het tweede kwatrijn.
Ach, het rijmschema was louter toeval?
Louter toeval wil ik niet beweren maar wel een bewuste keuze om me niet te houden aan regels wanneer ik daarmee de inhoud zou verknallen.