kaarslicht speelde op het bord
op kristal dat blonk
de vlam verzonk in rode port
zijn ogen verdiepten die vonk
trouwe pionnen
bewaakten haar dame
de zijne kwamen
zagen en wonnen
zoet was haar wraak:
schaak
hij sprong naar voren
schaakte haar dame, voor op zijn paard
voerde haar mee in een duizelende vaart
aan haar toren ontkwam hij niet
noch doorzag hij haar gambiet
zijn spel was verloren
– wat fluisterde zij
toch zo zacht in zijn oren?
‘schaak-
mat
mijn
schat!’
Leuk gedicht. Doet me denken aan een gedicht dat ik schreef over het enige meisje op een schaakvereniging met louter (oude) mannen ‘Schaakmeisje’ nog gepubliceerd op Verlaine magasine.