de witte jas – b.vogels
Ik kan zijn glimlach nu verbrijzelen.
‘Je hebt geluk,
de schijf is mooi gebroken,
er zijn geen scherven’.
Is dit een knieval?
Het ongeluk bij het ongeluk?
‘Over een jaar haal ik alles er weer uit:
de pinnen, de draad, de ring’.
Ik zie zijn tanden over de vloer rollen,
de gladde stoep, het roepen, het kermen.
‘Ik heb respect voor uw beroep,
voor het ontfermen’
en voel de pijn in mijn grimas.
Geef een antwoord