de stille fanfare – marten janse
Op de dijk loopt een man,
een persoon met rode jas.
Hij draag een pet, marcheert
tegen de wind in, een bies
op zijn broek, met toeter.
Er loopt een man, een vrouw,
een heel gezelschap, zwijgend,
met blinkend opgepoetste
koperen instrumenten
onder de laagstaande zon.
Een man wrijft z’n neus, op
de dijk marcherend onder de
koude zon. Een snik nestelt
zich tussen zijn schouders,
En er klinkt geen muziek.
De stille fanfare trekt voorbij
en de mensen huiveren.
Het geschetter en geroffel
is kwijt; wat kan de mensheid
redden van de doofpot?
Wat kan de mensheid redden
van de vergane glorie, het
verheerlijkt verleden, de van
toekomst zwangere dromen,
het godslasterlijke hier-en-nu?
Geef een reactie