de maan met de handen – delphine lecompte

In een lege stal dagdroomt de korzelige kaarsenmaker
Er is veel om over te dagdromen
Toch dagdroomt hij slechts over seks op het strand
Het is plat maar begrijpelijk
Ze is tapijtenrestauratrice en lijfelijk.

Het wordt nacht en de maan
Zit gevangen tussen twee kikvorsvormige wolken
Het zijn kikvorsen met slagtanden
Nu het regent zijn het gewoon boemannen
De korzelige kaarsenmaker wordt verrast door de imkerdochter.

De imkerdochter vraagt: ‘Waar is mijn schimmel?’
Bijna wil de kaarsenmaker iets vulgairs zeggen
Maar hij weerhoudt zichzelf
En antwoordt stug: ‘De stal was leeg, ga nu maar weg.’
De maan verhult drie mandrilvormige wolken.

‘Drukker moet het niet worden in de stal!’
Vindt de korzelige kaarsenmaker hardop
Toch verschijnt het schimmelpaard van de imkerdochter weldra
Helaas wordt hij bereden door een sjamanistische tapijtenrestauratrice
Die op het punt staat te bevallen.

Wanneer de zon opkomt is de stal vol
De kaarsenmaker vindt dat de teken in de paardenbil niet tellen
Maar ik tel ze toch:
Zes teken in een paardenbil plus het paard zelf
Plus de imkerdochter plus de korzelige kaarsenmaker
En dan nog de tapijtenrestauratrice met zoon.

Meer dan de helft van de stalbewoners is doof
Teken en zoon zijn doof geboren
Maar het paard is gewoon doof geworden
Door een peen die zijn trommelvliezen heeft doorboord
De wortel werd gehanteerd door een minderjarige loodgieterszoon
Die op een gesluikstorte heuvel broodroosters moest staan
Om het paard te kunnen mismeesteren.

De tapijtenrestauratrice weet nog niet dat haar zoon doof is
Dus noemt ze hem vrank Stijn
De imkerdochter weet sinds vandaag dat haar paard doof is
Dus maakt ze hem af met insuline.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Recente bijdragen

Recente reacties

Cookies?
Cookies = OK