arm rijk – bart pinnoo

Staalblauw glanzend in het maanstrijklicht
glijdt een reusachtige granieten arend
met open klauwen naar zijn slapend Babylon.

Zacht en stil als je lief, sluipend als een gemene tassendief
zweeft hij tussen de wolkenkrabbers in hun krottencirkel
en strijkt neer op één van deze wijsvingers, een zerk van geld.

Hij overziet voldaan de verwaande verf over de ontbinding
en schaterend om de hoogmoed in deze Pinokkioneuzen
rolt de spottende reuzenekster haast van het kerktorenkruis.

In de koude schijn glimmen de straten als spinrag;
de chique lantaarns bluffen met de glitterende dauw.
Kan hij in dit web van littekens nog iemand strikken?

Vernedering en pijn werden gestapeld, liefde vervaagde;
zijn verraderlijke koude complement werd opgedrongen.
De scrupuleuze opvul-ikken wisten met het oude wel weg.

Hier is geen werk meer voor hem, ze roeien zichzelf wel uit.
Hij buldert het stof van zijn enorme vleugelspan en zijn zware schaduw
drukt nog een laatste keer het duister diep in het asfalt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Recente bijdragen

Recente reacties

Cookies?
Cookies = OK